Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1897
(1897)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 550]
| |
Zitting van 21 Juli 1897.Aanwezig de heeren baron de Maere, bestuurder, Alberdingk Thijm, onderbestuurder, de Potter, bestendige secretaris; de heeren Claeys, jhr de Pauw, Gailliard, Gezelle, Hiel, Willems, Daems, Micheels, Obrie, Coopman, de Vos, Broeckaert, van Even, Sermon, Bols, de Flou, Claes, werkende leden; de heeren Janssens en de Vreese briefwisselende leden. De heer Segers, briefwisselend lid, schrijft dat hij de zitting niet kan bijwonen. Na lezing en goedkeuring van het verslag over de voorgaande zitting deelt de bestendige secretaris de lijst mede der | |
Aangeboden boeken.Door de Regeering: Nederlandsche Dicht- en Kunsthalle, 15e jaargang. Zelfhulp en Werkmansbeweging, door R. Schryvers. Bulletijn van den Geschied- en Oudheidkundigen Kring van Gent. 1897, nr 3. Drie Heidebloempjes, woorden van J. Moreels, muziek van Fr. Andelhof. Revue sociale catholique, 1897, nr 9. | |
[pagina 551]
| |
Notices biographiques et bibliographiques concernant les Membres de l'Académie Royale des Sciences, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1896. Bulletin de l'Agriculture, 1897, nr 2. Bulletin de l'Académie Royale des Scienccs, des Lettres et des Beaux-Arts de Belgique, 1897, nr 5. Godelieve, muziekdrama door Hilda Ram. Bibliographie de Belgique, 1897, nr 12. Wallonia, 1897, nr 6. Coutumes du comté de Looz et de la seigneurie de Saint-Trond, 3e deel.
Door den heer Daems: Kanselstoffen, 2e deel.
Door den heer de Ceuleneer: La Crête. Conférence
Door de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden: Tijdschrift voor Nederl. Taal- en Letterkunde, 1897, nrs 2 en 3. Door het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen te 's Hertogenbosch: De protocollen der Helmondsche notarissen (1595-1798). De Commanderij der Duitsche orde te Vucht en te Gemert, door J.-C.-A. Hezenmans, 1887. Verzameling van oorkonden betrekkelijk het beleg van 's Hertogenbosch in den jare 1629. 1873. | |
[pagina 552]
| |
Welke verbeteringen zijn wenschelijk in het algemeen Polderregt in Noordbrabant, door J. Boogaard. 1860. Catalogus der Boekerij van het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen te 's Hertogenbosch. 's Bosch, 6 deelen, 8o. Catalogus der Noord- en Zuid-Nederlandsche Munten, en der Historie- en andere Penningen van het Provincial Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant. 1880. Analytische Catalogus der oorkonden, met opgave der handschriften, berustende in dezelfde boekerij. Beredeneerd Overzigt der landbouwkundige schriften, betrekkelijk de provincie Noord-Braband, door C.-R. Hermans. Ibid. Analytische opgave der gedrukte charters enz. betrekkelijk de provincie Noord-Braband (704-1648), door C.-R. Hermans. Ibid., 1844. Verhandeling over de Rupsen-soorten en derzelver verdelging, door D. Buyzen. Ibid., 1845. Noord-Brabant's Oudheden, door C.-R. Hermans. Ibid., 1865. Oorkonden betreffende Helmond. Ibid., 1884. Het beleg van 's Hertogenbosch, 1629, door C.-R. Hermans. Ibid., 1850. Geschiedkundige beschrijving der Overlaten in de provincie Noord-Brabant, door A. de Geus en Fynje. 1844-1853, 4o. | |
[pagina 553]
| |
Door den heer P.-J. Goetschalckx: Geschiedenis van Grobbendonk.
Door den heer Ph. Colinet: Leuvensche Bijdragen, nr 3.
Door den heer Cam. Huysmans: ‘Limburg’ in het werk van Prof. Kurth.
Door den Oudheidkundigen Kring van Dendermonde: Gedenkschriften, 1897, 3e afl.
Door het Office international de Bibliographie: Materyaly do Bibliografii, prac naukowych Polskich. 1881-1896.
Door den heer A. Siffer: Het Belfort, 1897, nr 7.
Door de Société belge de Librairie: Revue bibliographique belge, 1897, nr 6. | |
Briefwisseling.De heer Minister van Landbouw en Openbare Werken laat weten dat hij, gevolg gevende aan de vraag van het Bestuur der Academie, besloten heeft het borstbeeld van Vondel te laten beitelen. Hij heeft dit werk toevertrouwd aan den heer Alfons Gilis, te Brussel. | |
[pagina 554]
| |
De Regelingscommissie van het XXIVe Nederlandsch Taal- en Letterkundig Congres, dat dezen zomer van 23 tot 26 Augustus te Dordrecht zal gehouden worden, noodigt de Kon. Vlaamsche Academie uit zich op die bijeenkomst te doen vertegenwoordigen. Eene gelijke uitnoodiging is gezonden door het Comiteit der Ledeganck's-feesten, te Eeklco, voor de onthulling des standbeelds van genoemden dichter, op 29 Augustus aanstaande.
De heeren H. Schimmel en Cam. Looten bedanken schriftelijk de Academie voor hunne benoeming tot Buitenlandsch Eerelid.
De vergadering benoemt de heeren Obrie en Sermon tot afgevaardigden der Academie bij het Congres te Dordrecht. De heer baron de Maere, bestuurder, zal, met den bestendigen secretaris, de Academie vertegenwoordigen op het Ledegancksfeest.
De Academie heeft een antwoord ontvangen op eene der prijsvragen voor 1898: Vlaamsche Kinderspelen, met kenspreuk: Kinderen, speelt!
Door den heer Micheels wordt aangeboden een exemplaar van Theodoor Körner's leven en werken, | |
[pagina 555]
| |
geschreven door den heer Haller, zijnen gewezen leerling en ambtgenoot. Met een paar woorden toont het achtbaar lid dat, terwijl de vaderlandsliefde hoe langer hoe meer, ten gevolge van het voortdurend om zich grijpend materialisme en de ingenomenheid met vreemde taal en vreemde zeden, van lieverlede uitsterft, het verspreiden der werken van den dichter-krijgsman, die ter verdediging van den geboortegrond aan al hetgeen de mensch het dierbaarst bezit, verzaakte en met den degen in de hand, aan het hoofd zijner wapenbroeders, den heldendood stierf, bij onze jeugd veel nut zou kunnen stichten.
Namens de Commissie van geschiedenis, bioen bibliographie biedt de heer Broeckaert verslag aan over de zitting dier commissie, te 1 uur gehouden. In deze zitting, zegt de heer Broeckaert, werden door den heer de Potter eenige bibliographische aanteekeningen medegedeeld aangaande handschriften in de Bibliothèque Nationale te Parijs bewaard en betrekking hebbende met verscheidene XVIIIe eeuwsche Kamers van Rhetorica, in Vlaanderen. De Commissie verlangt te meer dat de heer de Potter zijn opstel in de algemeene vergadering zou voorlezen, daar het eindigt met een voorstel, over hetwelk de Academie eene beslissing te nemen heeft. - De vergadering, geraadpleegd, treedt dit voorstel bij. | |
[pagina 556]
| |
Dagorde.De Academie benoemt de heeren Coopman, de Potter, Gezelle, Micheels en Willems tot leden der Commissie, gelast met het voorstellen van prijsvragen voor 1899.
De heer Bestuurder geeft vervolgens het woord aan den heer de Potter, voor zijne mededeeling over |
|