| |
Snipperingen van Biographischen Aard,
door den heer P. Génard.
Onze nasporingen in het stedelijk archief van Antwerpen hebben ons in bezit gesteld van eenen rijken voorraad van aanteekeningen, die wij gelukkig zijn nu en dan te kunnen benuttigen. Ook bij de aanstaande uitgave eener Algemeene Vlaamsche Biographie hebben wij ons herinnerd eenige inlich- | |
| |
tingen ingewonnen te hebben, die den opstelleren van dit uitgebreid werk wellicht te stade zullen komen.
Het zij geweten dat in de oude Antwerpsche stadsrekeningen gewoonlijk drie of vier hoofdstukken zijn te vinden: Recompensiën van diensten, presenten van wijnen, diverse extraordinarisse saecken en vuytgeven aen allerley saecken betiteld, waarin melding wordt gemaakt van al de gunsten, door onze voorouders aan de beoefenaars van kunsten, letteren en wetenschappen verleend. Welnu, deze gunsten waren vrij talrijk, en merkwaardig zou het boek heeten, dat de volledige lijst zou bevatten van al de milde daden, in den loop der tijden door het Antwerpsche magistraat verricht.
Voor de Nederlandsche letterkunde hebben wij terloops de volgende aanteekeningen voor het honderdjarig tijdvak 1581-1681 vergaderd. Naar onze meening zijn deze snipperingen van geen belang ontbloot; zij doen ons kennis maken met het onthaal dat eertijds in hoogere kringen der samenleving de schrijvers stond te wachten, die in de vaderlandsche taal eenen naam hadden verworven,
Onze aanteekeningen gelden:
1. Matthees de Lobel en Rembert Dodoens. - 2. Jaspar van der Heyden; - 3. Engelbrecht Macs; - 4. Jan van der Noot; - 5. Peter de Villiers; - 6. Jeronimus Sachius; - 7. Jan Florean; - 8. David van Mauden; - 9. Hugo Favolius; - 10. Cornelis van Kiel; - 11. Petrus Koerius; - 12. Adriaan van Meerbeeck; - 13. Abraham
| |
| |
Verhoeven; - 14. Heribertus Rosweydus; - 15. Hendrik Kilianus; - 16. Cesar-Joachim Trognesius; - 17. Anna Roemers-Visschers; - 18. Arnold van Geluwe of de Vlaamsche boer; - 19. Arnold a Porta; - 20. Frans van den Werve en 21. Willem en Barbara Ogier.
| |
I.
Matthees de Lobel en Rembert Dodoens.
De vermaarde docter Matthees de Lobel werd, gelijk men weet, omstreeks 1535 te Rijsel geboren. In 1576 vestigde hij zich metterwoon te Antwerpen en bracht aldaar nog in hetzelfde jaar, bij Plantijn, de eerste uitgave in het licht van zijn Plantarum seu stirpium historia. Later werd hij geneesheer van den prins van Oranje; de stad schonk hem uit dien hoofde eene ruime woonst op het afgebroken kasteel, in de nabijheid van het paleis des Zwijgers. In 1581 verscheen ter Plantijnsche drukkerij, onder den titel van Cruydtboeck, de Vlaamsche uitgave van zijn Plantarum historia, die hij aan het magistraat opdroeg. Onze wethouderen waren zeer gevoelig aan de eer, hun door den kundigen man bewezen, en in zitting van 28 Augustus verleenden zij hem eene toelage van 600 gulden, welke in de Collegiale Acteboecken als volgt is aangeteekend:
‘Geordonneert den Tresoriers ende Rentmeestere dat sy van deser stadtwegen selen vuytreycken ende betalen
| |
| |
aen Doctor Mathias de Lobel, medecyn van Syne Excellentie, de somme van sesse hondert guldens eens, ende dat in recompense ende vergeldinge van de dedicatie die hij gedaen heeft van sijnen Herbarius in de Nederlandtsche tale, aen de gemeyne leden deser stadt, regard ghenomen hebbende oock op de groote oncosten ende verleth hetwelck hij gehadt heeft int versuymen ende compileren van den selven saecke. Actum Lunce XXVIIJ Augusti 1581.’
Deze milde belooning werd een jaar later gevolgd door de toelage, aan den vermaarden Rembert Dodoens vergund. Ofschoon deze laatste met de uitgave van een Latijnsch werk in verband staat, denken wij niet haar te mogen voorbijgaan, daar zij eenigszins het peil der aanmoedigingen voor wetenschappelijke werken doet kennen:
Mr Rembertus DodoneusGa naar voetnoot(1), doctor in der medicijnen, de somme van vier hondert ponden artois, hem bij acte in date den eersten Octobris XVc LXXXIJ toegevuecht voor eenen schenck ende vereeringe vuyt consideratie dat hij seker zijn opus oft boeck, geintituleert Stirpium historiae pemptades scx, etc. deser stadt gedediceert ende de presentacie daeraff aen deselve gedaen hadde, volgende dacte voors., ordonnantie ende quitancie hier overgelevert.... IIIJe £.
Dodoens' boek verscheen in 1583 ter Plantijnsche drukkerij; de opdracht, gedagteekend van 1582, beslaat drie blz. en bewijst dat de aanmoedigingen gewoonlijk vóor de uitgave werden verleend.
| |
| |
| |
II.
Jaspar van der Heyden.
Onder de protestantsche ministers, in 1582 door het magistraat naar Antwerpen geroepen, bevond zich meester Jaspar van der Heyden, die gedurende eenigen tijd eene aanzienlijke rol in de Scheldestad vervulde. In het midden der twisten van godsdienstigen aard, welke alsdan ontstonden, werd hij door de Wet gelast, eene verhandeling over den heyligen doop te vervaardigen. Dit opstel was het magistraat zeer aangenaam en van der Heyden, die reeds vroeger andere stedelijke gunsten had genoten, ontving daarvoor als belooning een aam wijn, waarvan het bedrag, als volgt, in de rekening der Domeinen van 1582 is aangeteekend:
Mr Jaspar van der HeydenGa naar voetnoot(1), minister des christelycx woort, de somme van tsestich ponden artois, dewelcke hem by acte van der weth in date VIa apriiis XVe LXXXIJ syn toegevuecht voor eene ame wyns, waermede myno heeren hem beschoncken hebben voor dat deselve thunder begeerte gemaeckt heeft seker boeck geintituleert: Cort ende claer bewys van den heyligen doop etc., naer vuytwysen der acte voors., ordonnantie ende quitancie tsamen overgelevertGa naar voetnoot(2)................... LX £.
| |
| |
| |
III.
Engelbrecht Maes.
In 1576 werd het Antwerpsch stadhuis tijdens de Spaansche Furie in brand gestoken. Onze wethouders brachten het bestuur der gemeentezaken in het vroegere Hof van St.-Bernaards of Bisdom over, en bleven aldaar tot de herstelling van het stadhuis, in 1581, zetelen. Bij de heropening van het oude gemeentehuis hield de geleerde stadspensionnaris Engelbrecht Maes of Masius eene schoone ende prolixe oratie, die, naar allen schijn, gedrukt werd. Daar wij de taal niet kennen, waarin deze redevoering werd gehouden, denken wij de volgende aanteekening uit de stadsrekening van 1582 niet ongemeld te mogen voorbij gaan:
‘Gilles LambrechtsGa naar voetnoot(1), de somme van achtendertich ponden artois, ter saecken van een ame Rijnschen wijn daermede men van der stadtswegen beschoncken heeft den pensionaris Masius voor een schoone ende prolixe oratie by hem gedaen in de intredinge van den nyeuwen stadthuyse, naervolgende dacte collegiael in date XXXa Novembris XVeLXXXJ, declaratie, ordonnantie ende quitancie daarop dienende................... XXXVIIJ £.’
| |
| |
| |
IV.
Jan van der Noot.
De schepene Jan van der Noot verkeerde gewoonlijk in den nood; dit weten de levensbeschrijvers dezes wethouders, die, te gelijker tijd, de Fransche en de Vlaamsche dichtkunst beoefendeGa naar voetnoot(1); dikwijls deed hij aanspraak op de gemeentekas om zich uit verlegenheid te redden. In 1581 had hij bij voorbaat eene som van vijftig pond artois bekomen, en in 1582 ontving hij nog het geschenk eener gelijke som om hem in de mogelijkheid te stellen een door hem begonnen dichtwerk te voltooien. Ziehier den post der rekening:
Jan van der Noot,Ga naar voetnoot(2) oudt-schepene, de somme van vyftich ponden artois, hem boven de vyftich ponden artois, den selven by der Stadt tanderen tyden geleent, (daeraf in de tweede leste rekening van den rentmeester Lemens a fol. IIIc XVJ vuytgeven gemaeckt wordt,) toegevuecht voor een gratuiteyt ende tot volvueringe van sekere poeticq werck, naer vuytwysen der acte collegiael van den XXVIIJen July XVc LXXXIJ, ordonnantie ende quitancie.................... L £.
| |
V.
Peter de Villiers.
De protestantsche minister Peter de Villiers
| |
| |
was een der voornaamste raadslieden van den prins van Oranje en had zijne pen ten dienste van den Zwijger gesteld. De stadsrekenboeken getuigen dat hij menigmaal door het magistraat met geschenken werd vereerd. In het enkele jaar 1582-83 ontving hij van stadswege twee amen Rijnschen wijn, betaald met honderd gulden, ter gelegenheid der bruiloft zijner dochter; een aam Rijnschen wijn van vijftig gulden voor zijne diensten tijdens den aanslag van den Hertog van Alençon; een aam Rijnschen wijn van zestig gulden voor een arrest over eenige schepen van Antwerpsche burgers en den koning van Polen; zestig gulden voor het opstellen van het Verhael van t'moordadig feyt of den aanslag van Jaureguy op den prins van Oranje; zestig gulden voor zijn verhaal der Blyde Inkomst van den Hertog van Alençon. Bewijs: de belangrijke posten der stadsrekening:
Doctor Petrus de Villiers, minister, conseiller van Zijn Excellencie,Ga naar voetnoot(1) de somme van hondert ponden artois, voer twee amen Rinschen wijns, waermede mijne heeren den selven besconcken hebben op de bruyloft van zijn dochter, vuyt consideratie van diverse goede diensten deser stadt gedaen ende bewesen, naer vermogen der acten van der Weth van den XIn dach Septembris XVc LXXXII, ordonnancie ende quitancie hier overgegeven...................C £.
Den selvenGa naar voetnoot(2) de somme van vijftich ponden arthois de welcke hem bij acte van der weth in date XV Aprilis XVc
| |
| |
LXXXIII sijn toegevuecht over een ame Rinsschen wijn ter saecken van verscheyden goede diensten, namentlijck ten tijde van den aenslach op XVIIn Januario XVc LXXXIII deser stadt gedaen, naevolgende dacte collegiael voirs., ordonnancie ende quitancie hier tsamen overgegeven..... L £ arthois.
Doctor Petrus de Villiers voirs.Ga naar voetnoot(1) de somme van tzestich ponden artois hem bij acte van der weth in date VIIIn Martii XVc LXXXIII sijn toegevuecht voor eene ame Rinschen wijn, vuyt oorsaecken dat hij hem in diverse saecken deser stadt concernerende heeft geëmployeert, namentlijck van seker arreste gedaen over eenige scepen deser stadt borgeren ende cooplieden aengaende bij den Coninck van Polen ende anderssins, naer luyt de voirs. acte, ordonnancie ende quitancie hier geexhibeert..... LX £.
Doctor Petrus de VilliersGa naar voetnoot(2), minister des godlycx woorts ende conseiller van Sijne Excellencie, de somme van tzestich ponden arthois, den selven bij acte collegiael van den lesten Aprilis XVe LXXXIII toegevuecht van dat hij bij gescrifte gestelt heeft den aenslach ende assasinat bij Jan de Jaureguy door Jaspar Annastro opden persoon van Sijn Excellencie aengelet, volgende de voirs. acte, ordonnancie ende quitancie................. LX £.
De selveGa naar voetnoot(3) de somme van tsestich ponden artois hem bij een ander acte van der Weth van den lesten Aprilis LXXXII voor eene ame wijns toegevuecht van dat bij gescrifte gestelt heeftGa naar voetnoot(4) de Historie vander compste van Sijn Hoocheyt binnen dese landen
| |
| |
ende namentlyck binnen deser stadt ende de triumphe daerover geschiet, volgende de voirs. acte, ordonnancie ende quitancie............................ LX. £.
| |
VI.
Jeronimus Sachius.
Dezelfde stadsrekening van 1583 bewijst dat de vermaarde drijver Geeraard de Razières eene zilveren vergulde schaal leverde, welke het magistraat van stadswege aan doctor Jeronimus Sachius voor de opdracht van een boek vereerde. Welk was dit boek en in welke taal was het opgesteld? Deze vraag kunnen wij tot nu toe niet beantwoorden.
Geeraert Rasiers, silversmidt, de somme van hondert achtenvijftich ponden elve scellingen artois, ter saecken van een silveren vergulde schale, waermede men besconcken heeft van stadtswegen ende vereert doctor Jeronimus SachiusGa naar voetnoot(1) voer dat hij der selver eenen boeck gedediceert hadde, naer vermogen van der acte collegiael van den IXn Martii LXXXIII, ordonnancie ende quitancie hier tsamen geexhibeert........................ CLVIII L. XI sc.
| |
VII.
Jan Florean.
Ook in hetzelfde jaar ontving de protestantsche predikant Jan Florean de som van zestig gulden voor de opdracht van zeker boecxken, waarvan ongelukkiglijk de titel niet is aangeduid, doch dat
| |
| |
naar allen schijn in het Vlaamsch of in het Fransch zal opgesteld zijn geweest:
Jan Florean, predicant, de somme van tsestich ponden artoisGa naar voetnoot(1). den selven bij acte collegiael van den Xen August XVe LXXXIII toegevuecht voer een vereeringe van dat hij; gemaect heeft zeker boecxken ende deser stadt gedediceert, volgende de voirs. acte, ordonnancie ende quitancie hier overgegeven................ LX £.
| |
VIII.
David van Mauden.
De befaamde docter David van Mauden liet in 1583 door Christoffel Plantijn de uitgave bezorgen zijner gekende Bedieninghe der anatomiën, een boek waarin hij, naast verscheidene wetenswaardige narichten, eene beschrijving gaf der gevaarlijke wonde, door den Prins van Oranje bij den aanslag van Jaureguy in 1582 ontvangen, en die deels door zijne zorgen werd geheeldGa naar voetnoot(2).
David van Mauden, de somme van hondert twintich ponden arthois hem bij acte collegiael van den XIXen Septembris IXXXIIJ als gesworen deser stadt medecijn ende lecteur in de chirurgie toegevoecht, voer een gratuiteit ende recognitie van dat hij deser stadt heeft gedediceert zekeren sijnen boeck geintituleert zijnde: Bedieninghe der Anathomie, volgende de voers. acte, ordonnancie ende quitantie hier overgegeven .................... CXX £.Ga naar voetnoot(3).
| |
| |
| |
IX.
Hugo Favolius.
In 1585 deed de dichter Hugo Favolius bij Philip Galle zijn Theatri orbis terrarum enchiridion uitgeven, dat bij Christoffel Plantijn was gedrukt:
Geordonneert Tresoriers ende rentmeestere doctor Hugo Favolia, medecijn, ter causen dat deselve de stadt heeft gedediceert ende toegeeygent seker schoon-boeck Cosmographie in carmine ende met sijne caerten, te beschinken met eenen cop van hondert rinsguldens met stadtswapene ende inscriptie. Actum IX Martii 1585.
| |
X.
Cornelis van Kiel (Kilianus).
In onze Levensschets van Cornelis van Kiel hebben wij de toelage aangeteekend, die de vermaarde taalgeleerde ontving ter gelegenheid van de opdracht der derde uitgave van zijn Etymologicum teutonicae linguae, in 1598 verschenen:
Cornelis Kilianus, correcteur in de drukkerije van Plantin, de somme van sessendertich ponden artois, den selven bij mijne heeren toegevuecht van dat hij der stadt sekeren boeck gedediceert heeft, vuytwijsen der acte collegiael in data XVIII Novembris anno XCVIIItich, ordonnantie ende quictantie. XXXVI £ artois.
Bij het vermelden deser som maakten wij ten jare 1874 de volgende bemerking: ‘in acht genomen deGa naar voetnoot(1)
| |
| |
waarde des opgedragen werks en de aard der giften aan andere schrijvers, in dergelijke omstandigheden gedaan, mag men zeggen, dat van Kiel, door het Antwerpsch magistraat een weinig stiefvaderlijk werd behandeld. Eenvoudig als hij was, nam de grijze taalgeleerde evenwel het karig geschenk met welgemeenden dank aanGa naar voetnoot(1).’
| |
XI.
Petrus Kaerius.
Peter van der Keeren, alias Kaerius, had in 1617 te Amsterdam zijn kaartboek der Nederlandsche provinciën laten in druk gaan, onder den titel van Germania inferior, id est XVII provinciarum ejusque novae et exactae tabulae geographicae, cum luculentis singularum descriptionibus additis a Petro Montano.
Petrus KaeriusGa naar voetnoot(2), de somme van vijfentwintich ponden artois, daermede mijne heeren hem hebben vereert ende beschoncken voor sekeren Caertboeck van de nederlantsche provincien, daermede hij de stadt heeft vereert ende beschoncken, volgende de requeste ende apostille daeroppe gestelt, met ordonnantie ende quictantie.......... XXV £.
| |
XII.
Adriaan van Meerbeeck.
In 1620 had de gekende Antwerpsche geschied- | |
| |
schrijver Adriaan van Meerbeeck zijne Chronycke van de gantsche werelt ende sonderlinghe van de seventhien Nederlanden, ter perse doen leggen; hij had zijn boek opgedragen aan het magistraat zijner geboortestad, dat hem dan ook voor de bewezene eer erkentelijk was. In de stadsrekening (Domeinen) van het jaar 1620, treft men den volgenden post aan, waaruit blijkt dat Adriaan van Meerbeeck een geschenk van 200 gulden ontving.
Mr Adriaen van MeereekeGa naar voetnoot(1), de somme van twee hondert ponden artois hem bij mijne heeren toegevuecht voor de dedicatie van eene Duytsche Cronycke van alle de geschiedenissen van de ghantsche werelt, na luyt de acte collegiael, ordonnantie ende quitancie................. IJe £.
| |
XIII.
Abraham Verhoeven.
Reeds meermaals is het gezegdGa naar voetnoot(2), dat de Antwerpenaar Abraham Verhoeven, de uitvinder der Gazette, in 1620 een nieuw privilege had ontvangen om zijne Tijdingen te drukken. De stadsrekening van 1620 bewijst, dat het magistraat zijne pogingen waardeerde en hem reeds hetzelfde jaar een geschenk van
| |
| |
24 gulden deed, om hem te beloonen voor het overmaken van eenige exemplaren zijner nieuwe Tijdinghe van Duytslant. De stadsrekening van gemeld jaar bevat desaangaande de volgende aanteekening:
Abraham Verhoeven, druckerGa naar voetnoot(1), de somme van vierentwintich ponden artois, daermede hij van dese stadtswegen is beschonken, voor dat hij aen de heeren, ten verscheyde reysen, heeft cvergebrocht de exemplaren van de Nyeuwe tijdingen van Duytslant, na luyt de acte collegiael, ordonnantie ende quitantie.................. XXIIIJ £.
| |
XIV.
Heribertus Rosweydus.
De uitmuntende heiligbeschrijver Heribertus Rosweydus, de stichter der Acta Sanctorum, die te Utrecht op 22 Juni 1569 was geboren en, na vele wederwarigheden, te Antwerpen op 5 October 1629 stierf, had in 1623 zijne Kerkelycke Historien in druk gegeven en een exemplaar daarvan aan het magistraat der stad Antwerpen aangeboden. Uit dankbaarheid verleenden onze wethouders op 12 December 1623 aan den geleerden man eene toelage van 100 pond Vlaamsch of 600 gulden Brabantsch:
(12 Decembris 1623.) Eodem die collegialijcken geresolveert taenveerden de Kerckelijcke historiën bij paeter Heribertus Rosweydus aen dese stadt gepresenteert ende hem daervore, van deser stadtswegen, toe te vuegen de somme van hondert ponden Vlaems........... Actum ut supra.
| |
| |
Volgens de Collegiale Acteboecken werd dit be sluit genomen in eene zitting, bijgewoond door den burgemeester Happaert, de schepenen van Liere, van den Werve, van Vlierden, Tucher, de Santa-Crux, van Halmale, de Tassis, van Etten, van der Goes, de Clerc, de tresoriers en den rentmeester.
| |
XV.
Hendrik Kilianus.
In 1625 was de alsdan befaamde Hendrik Kilianus, geneesheer-sterrenkijker, geboortig van Wittenberg in Neder-Saksen, te Antwerpen aanwezig en had aldaar eenen Almanak met pronosticatie aan het Magistraat opgedragen. Of onze wethouders hoog met dit werk opliepen, durven wij niet bevestigen, want onze astroloog ontving voor toelage slechts de som van twaalf gulden en daarvoor had hij verscheidene exemplaren van zijnen almanak geleverd.
‘Op de requeste van Mr Henricus Kilianus, geboren te Wittenberch, in Leegh-Saxen, astrologus, mathematicus ende medecijn, hebben mijne heeren Borgemeesteren ende Schepenen den Tresoriers ende Rentmeestere geordonneert den suppliant voor de dedicatie van den almanach ende pronosticatie bij hem gemaect mitsgaders dexemplaren bij mijnen heeren gelevert, te vereeren met tweelff guldens eens. Actum 3 Januarii 1625.’
| |
| |
| |
XVI.
Cesar-Joachim Trogney.
De drukker Cesar-Joachim Trogney, in het Latijn Trognaesius, die te Antwerpen op 29 April 1590 was gedoopt, maakte zich een naam in de Nederlandsche letterkunde door de uitgave van zijn Grooten Dictionaris ende Schat van talen, Duytsch, Spaensch ende Fransch, een boek waarvan hij in 1639Ga naar voetnoot(1) de opdracht deed aan het Antwerpsch magistraat. Onze schepenenbank vereerde den drukker met eene zilveren vergulde schaal, waarop het stadswapen was gedreven en waarover wij de volgende aanteekening in de Collegiale Acteboecken hebben ontdekt:
Geordonneert Tresoriers ende Rentmeester van stadtswegen te vereeren Cezar Joachim Trognesius met eene silvere vergulde schale, inhoudende deser stadtswapen oft hondert vyftich guldens daervoore, voor de dedicatie vanden Dictionarium van spaensch, fransch ende duytsch aen dese stadt gedediceert. Actum in Collegio 12 Septembris 1639.
| |
XVII.
Anna Roemers-Visschers.
De levensbeschrijvers der vermaarde dichteres
| |
| |
Anna Roemers-Visschers bevestigen, dat deze uitmuntende vrouw, te Amsterdam in 1584 geboren, na den dood van haren echtgenoot, omtrent het jaar 1640, voor de opvoeding harer kinderen de stad Brussel ging bewonen. Deze dichteres bevond zich in 1643 te Antwerpen, alwaar zij, naar allen schijn, door het magistraat werd ontvangen, dat haar, te dezer gelegenheid, vereerde met eene zilveren vergulde schaal ter waarde van vijf en twintig pond Vlaamsch. De Collegiale Acteboecken van het gemeld jaar behelzen de volgende aanteekening over dit belangrijk feit:
Geordonneert Tresoriers ende Rentmeesters, van stadtsweghen, te vereeren Jouffrouwe Anna de RoomerGa naar voetnoot(1) Visschers met eene silvere vergulde schaele van de weerde van vijffentwintich ponden Vlems, midts redenen de heeren daertoe moverende. Actum in Collegio 14 Novembris 1643.
| |
XVIII.
Arnold van Gheluwe of de Vlaamsche boer.
Arnold van Gheluwe, gheseydt den Vlaemschen boer, was, gelijk men weet, een driftig geloofsstrijder, die van den katholieken tot den protestantschen godsdienst overging, om dan later tot
| |
| |
den katholieken terug te keeren. Op 5 Januari 1652 bevond hij zich te Antwerpen, en werd aldaar om zekere, ons niet gekende diensten, door het magistraat met eene som van acht en zeventig gulden vereerd. Ziehier de aanteekening:
Geordonneert Tresoriers ende Rentmeester te vereeren aen Arnout van Geluwe, genaempt den vlaemschen boer, de somme van 78 guldens ende dat voor sekere diensten aen dese stadt gedaen. Actum 5 Januarii 1652.
| |
XIX.
Arnold de la Porte.
Een derde woordenboekopsteller werd door het magistraat begunstigd: Arnold de la Porte of a Porta. Hij was een geestelijke, die het ambt van pastoor in de St.-Philipskerk op het kasteel van Antwerpen waarnam, alwaar hij, ten jare 1666, in bediening, overleed. Arnold de la Porte deed in 1659 aan het Antwerpsch magistraat de opdracht van zijn Spaensch-Vlaemsch Woordenboek. Als naar gewoonte wilde het stadsbestuur voor deze hulde den schrijver zijne dankbaarheid betoonen, en bood hem een geschenk van vijftig gulden aan - dus veertien gulden meer dan de wethouders van 1598 aan Cornelis van Kiel, voor zijn steeds geprezen Etymologicum Teutonicae linguae, hadden vergund.
Aan heer Arnoldo a Porta, pastoor van het casteel, voor de dedicatie van den dictionaris espagnol, aen mijne heeren Borgemeesteren ende Schepenen gedaen; is bij deselve
| |
| |
aen hem toegevueght de somme van vijttich guldens vuyt 400 ponden vlemschGa naar voetnoot(1). Actum 20 Junü 1659
De la Porte's woordenboek verscheen in 1659 ter drukkerij van Hieronymus en Jan-Baptist Verdussen. Het titelblad, ontleend aan het woordenboek van Trognaesius, is, evenals dit laatste, versierd met de afbeeldsels der woordenboekschrijvers Cesar Trogney, Cesar Oudin, Gabriel Meurier, Mathias Sasbout, Cornelius Kilianus en (Jan) Nicot.
| |
XX.
Frans van den Werve.
Frans van den Werve, de zoon van den burgemeester Hendrik van den Werve, heeft zich door verscheidene in het Vlaamsch opgestelde werken doen kennen. In 1565 droeg hij aan het magistraat de thesis op, welke hij aan de Alma Mater te Leuven had verdedigd. Voor deze hulde schonk onze schepenbank hem een stuk zilver ter waarde van honderd patacons, en dat, naar men verhaalt, langen tijd in het geslacht van den Werve werd bewaard.
Item eodem die geresolveert te vereeren aen den sone van den heere Buytenborgemeester van den Werve hondert pattacons voor een stuck silvers ende dat voor de dedicatie van sijnen
| |
| |
Thesis vande philosophie aen de stadt van Antwerpen. Item vuytte vier hondert ponden. Actum ultima Aprilis 1665Ga naar voetnoot(1).
| |
XXI.
Willem en Barbara Ogier.
Ter gelegenheid van het St.-Lucasfeest, op 18 October 1677, werd Willem Ogier's laatste hoofdzonde: de Traegheydt, in de rederijkkamer de Olijftak opgevoerd. De vertooning was voorafgegaan van de getrouwe Panthera, het eerste opstel van Barbara Ogier, Willem's oudste dochter. Als belooning en aanmoediging voor de beide dichters verleende het magistraat hun eene toelage van tachtig gulden Brabantsch:
Op de requeste van Mr Guilliam Ogier, schoolmeester alhier, hebben mijne Heeren geordonneert denselven toe te vueghen ende vuyt te reycken 80 guldens eens voor eene gratuiteyt alsmede dienende tot recreatie van zyne oudtste dogtere jouffrouwe Barbara. Actum in Collegio 2 Novembris 1677.
Sluiten wij hier de reeks onzer aanhalingen, die wij wellicht met de lijst der aanmoedigingen van vroegere en latere tijdstippen zullen volledigen; vestigen wij alleenlijk de aandacht onzer lezers op de betrekkelijke waarde van het geld in de XVIe en in de XVIIe eeuw, en het zal hun blijken dat verscheidene der vergunde toelagen tot aanzienlijke sommen stegen.
|
-
voetnoot(2)
- Ingevolge de acte collegiaal van 4 Jecember 1581, had dezelfde Jaspar van der Heyden nog een half aam wijns ontvangen. (Stadsrekening van 1582, fol. 243 vo.)
-
voetnoot(1)
- Zie de lezenswaardige levensschets dezes dichters, door ons geacht medelid K. Stallaert, ten jare 1857 uitgegeven.
-
voetnoot(4)
- Naar allen schijn geldt de volgende aanteekening uit het Collegiael Acteboeck van 1584 ook den minister de Villiers:
‘Geordonneert den Tresoriers ende Rentmeestere te beschincken Docter... (sic) minister, met eenen cop oft schale van hondert vijftich guldens, ter saecken van sekeren boeck den heeren geschoncken. Actum XXIIIa Novembris 1584.’
-
voetnoot(2)
- De stadsrekeningen bewijzen dat het magistraat nog andere befaamde heelmeesters deed raadplegen.
-
voetnoot(3)
- Stadsrekening van 1583, fol. 270vo. Op den bladrand: ‘Zij desen boeck gebracht in de Stadtsliberije.’
-
voetnoot(1)
-
Loco cit. 1e uitgave, bl. 31 en 2e uitgave, bl. 36.
-
voetnoot(2)
-
Ch. Ruelens. Histoire de l'imprimerie à Anvers, conférence du 30 mars 1859; P. Génard, notice sur Abraham Verhoeven, uitgegeven in la Revue d'Anvers, ten jare 1861 en Alph. Goovaerts, Abraham Verhoeven, belangrijke verhandeling over den vermaarden drukker, in 1880 verschenen.
-
voetnoot(1)
- In 1634 had deze Trognaesius een ander woordenboek uitgegeven, onder den titel van: Juan Francisco Rodriguez. Nieuwen Dictionaris om te leeren de Nederlandtsche ende Spaensche talen. Zie Marques typographiques des imprimeurs et libraires anversois, recueillies par le chev. Gust. van Havre. D. II, bl. 299.
-
voetnoot(1)
- Op dit tijdstip was te Antwerpen eene schatrijke familie de Roemer of de Roomer gevestigd, die het Faconsklooster mild begiftigde. Behoorde Anna de Roemer (genitief Roemers) tot dit geslacht?
-
voetnoot(1)
- De laatste woorden dezer aanhaling gelden een bijzonder door het magistraat geopend krediet.
-
voetnoot(1)
-
Collegiael Acteboeck. Zelfde bemerking als voor a Porta rakende het Krediet van 400 gulden.
|