Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1886-1887
(1886-1887)– [tijdschrift] Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 82]
| |
Zitting van den 14 Juli.Aanwezig, de heeren Jr Napoleon de Pauw, onderbestuurder, Frans de Potter, bestendige secretaris; Alberdingk Thijm, Claeys, Delcroix, de Vos, Gailliard, Génard, Gezelle, Hansen, Hiel, Mathot, Micheels, Nolet de Brauwere van Steeland, Obrie, Snieders, Stallaert, van der Haeghen. De heeren P. Willems en Roersch zijn, als leden der Hoogeschool-jury, Coopman en Daems wegens ongesteldheid, de Laet en Stroobant door de zitting van de Kamer der Volksvertegenwoordigers, en van Droogenbroeck uit hoofde van beroepsbezigheden, belet. De Bestendige Secretaris legt de lijst over der | |
Aangebodene boeken:Namens het Staatsbestuur: Catalogue des livres de la Bibliothèque de l'Académie royale, 2e partie. Middelnederlandsch woordenboek, 9e en 10e afleveringen. De Vlaamsche Kunstbode, 15 deelen. Vlaamsche Commissie. Het Amsterdamsche tooneel, door Wijbrands. De Azorische Eilanden, door Baudet. Maerlant's werken, beschouwd als spiegel der XIIIe eeuw, door Te Winkel. | |
[pagina 83]
| |
Geschiedenis der stad Halle, door Everaert en Bouchery. West-Vlaamsch Idioticon, door de Bo. Bijdrage tot een Hagelandsch Idioticon, door Tuerlinckx. Geschiedenis van Berchem, door Stockmans. Het oud begijnhof van Hasselt, door Juliaan Lambrechts. Het Vlaamsch in onze Ministerie's. (Vlugschriftje, uitgegeven door den Brugschen Klauwaartsbond.)
Door den heer Micheels: Beginselen van natuur- en staatkundige aardrijkskunde, in het Nederlandsch vertaald naar Lallemand's Éléments de géographie physique et politique.
In antwoord op de uitnoodiging, namens de Société d'Émulation pour l'étude de l'histoire et des antiquités de la Flandre, door den heer baron Kervyn de Lettenhove, als voorzitter, gedaan, benoemt de Academie den heer Gailliard als haar vertegenwoordiger bij het Congres van den Bond der Maatschappijen van geschiedenis en oudheidkunde van België, welk congres den 22 Augustus aanstaande te Brugge zal geopend worden. Op voorstel van den heer Génard zal de Academie aan den heer Minister van Landbouw, Nijverheid en Openbare Werken verzoeken voor- | |
[pagina 84]
| |
taan in aanmerking genomen te worden bij de samenstelling der jury voor elken staatsprijskamp, in welken Vlaamsche stukken zullen mededingen. De heer Génard stelt ter beschikking van de Academie de wettelijke oorkonden, die de afkomst van VONDEL vaststellen en welke door den heer de Burbure en door hem in het stadsarchief van Antwerpen opgespoord zijn. Deze oorkonden zullen met het verslag der huidige zitting gedrukt worden. Op voorstel des heeren Nolet de Brauwere wordt er eene commissie benoemd, gelast met het bezorgen van de teekening des gedenkpennings, als prijs voor de bekroonde werken uit te reiken, gelijkmede van het zegel, op de Academische diplomas te drukken, en van dat diploma zelf. Deze commissie zal het ontwerp leveren van den tekst van gezegd diploma, en maatregelen nemen om zonder verwijl het een en het ander in uitvoering te leggen. Ook het voorstel van hetzelfde lid om in de maand September tot de voorstelling, en in de maand October tot de benoeming van uitheemsche eereleden over te gaan, wordt aangenomen. De Academie aanvaardt insgelijks het voorstel des heeren Micheels, strekkende om den heer Minister van Binnenlandsche Zaken en van Openbaar Onderwijs mededeeling te vragen van: 1o het ontwerp des nieuwen programmas voor de Koninklijke Athenea; 2o het programma der leergangen van de Vlaamsche normale afdeeling bij de Hoogeschool van Gent. - Na ontvangst dezer stukken | |
[pagina 85]
| |
zal de Academie eenige harer leden aanstellen ten einde die programmas te onderzoeken, en er, zoo noodig, aanmerkingen op te maken. |
|