| |
| |
| |
Werkzaamheden van de Academie in 1987
Vergaderingen van 21 januari 1987
I. Plenaire vergadering
Aanwezig: de heren Deschamps, voorzitter, De Belser, ondervoorzitter, en Hoebeke, vast secretaris;
de heren Roelandts, Vanacker, Moors, Van Elslander, Leys, Decorte, mevrouw Deprez, mevrouw D'haen, de heren Coupé, Couvreur, Keersmaekers, De Paepe, Willemyns, Geerts en Janssens, leden.
Afwezig met kennisgeving: de heren Gysseling, Goossens, Lampo, Van Herreweghen en mevrouw Rosseels, leden;
de heren Vanderheyden, Pauwels en Rombauts, binnenlandse ereleden.
| |
Agenda
Notulen
De notulen van de plenaire vergadering en van de commissievergaderingen van 17 december 1986 worden goedgekeurd.
| |
Mededelingen van de Vaste Secretaris
I. Dankzegging.
Bij telegram van 8 januari jl. dankte het Huis van de Koning onze Academie voor de nieuwjaarswensen die de Vorst vanwege onze instelling mocht ontvangen. Bij dezelfde gelegenheid biedt de Koning de Academie Zijn vriendelijke kerst- en nieuwjaarswensen aan.
II. Verjaarwensen.
Op 1 januari 1987 werd de heer Deschamps 70 jaar. Het secretariaat bood hem bij die gelegenheid namens de Academie hartelijke gelukwensen aan. De heer Deschamps dankte daarvoor bij brief van 7 januari jl.
| |
| |
III. Schenking van een potloodtekening.
De heer De Belser heeft een potloodtekening die het kasteel Beauvoorde voorstelt aan de Academie geschonken. De tekening kan een plaats krijgen in het kasteel zelf of in het Academiegebouw.
| |
Overdracht van het ambt van Voorzitter
De heer Deschamps, aftredend voorzitter, draagt zijn ambt over aan de heer De Belser, voorzitter voor 1987, die zijn ambt aanvaardt. (voor de teksten, zie beneden)
| |
Mededelingen en voorstellen van het Bestuur
I. Vertegenwoordiging van de Academie.
1. Op 18 december 1986 vertegenwoordigde de heer Hoebeke de Academie op de plechtige ontvangst door het Stadsbestuur van Gent van de heer Marian Orzechowski, Minister van Buitenlandse Zaken van de Poolse Volksrepubliek. De plechtigheid had plaats op het Stadhuis en werd gevolgd door een bloemenhulde aan de gedenkplaat van de eerste Poolse pantserdivisie, die betrokken was bij de bevrijding van de Stad Gent.
2. Op 20 december 1986 vertegenwoordigde de heer Hoebeke onze Academie op de jaarlijkse Openbare Algemene Vergadering van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België te Brussel.
| |
II. Ingekomen stukken.
1. Prijsantwoord in het Duits gesteld.
Op de door de Academie uitgeschreven prijsaanvraag: ‘Een historische fonologie van het middeleeuwse Nederlands en Duits’ heeft de heer L. Draye een in het Duits gesteld antwoord ingezonden. Het werk heeft als titel: Historisch-vergleichende Phonologie des mittelalterlichen Niederländisch und Deutsch. In de begeleidende brief van 9 december 1986 spreekt de auteur het vermoeden uit dat het feit dat zijn werk in het Duits gesteld is geen bezwaar vormt.
Het bestuur onderzocht de reglementen betreffende de publikaties van de Academie en kan niet anders dan vaststellen, dat er op grond van het van kracht zijnde huishoudelijk reglement, art. 67, wel degelijk een ernstig bezwaar is, zowel tegen het bekronen als tegen het uit- | |
| |
geven van niet in het Nederlands geschreven prijsantwoorden. Dat artikel luidt: ‘Als antwoord op een prijsvraag mogen alleen in de Nederlandse taal geschreven en nog niet uitgegeven werken aangeboden worden’. Wel heeft de Academie bij de herziening van het huishoudelijk reglement aangenomen, dat onze Academie bepaalde van haar prijsantwoorden in een andere taal dan het Nederlands moet kunnen publiceren, maar dat in voorkomende gevallen de Academie het beslissingsrecht moet hebben (zie verslag van de verenigde vergadering van de Vaste Commissies op 21 maart 1984, in Verslagen en Mededelingen 1984, blz. 395-398). Wel heeft de bestuurscommissie ook, in opdracht van de Academie (zie hetzelfde verslag blz. 398), artikel 67 van het vorige huishoudelijk reglement in de nieuwe versie van het huishoudelijk reglement vervangen door de volgende lezing (art. 37.4): ‘De wenselijkheid van het uitgeven van niet in het Nederlands gestelde antwoorden wordt telkens door de Academie beoordeeld. Een Nederlands résumé wordt aan een anderstalig gedrukt werk toegevoegd’.
Maar het nieuwe reglement is intussen nog steeds niet goedgekeurd en het bestuur is van oordeel, dat de Academie van het op dit ogenblik van kracht zijnde huishoudelijk reglement niet kan afwijken. Het prijsantwoord van de heer Draye kan derhalve voorlopig niet worden aanvaard.
Na bespreking wordt besloten, dat de prijsvraag wordt aangehouden.
| |
2. Jan Broeckaert-herdenking te Wetteren op 25 april e.k.
Bij brief van 12 januari 1987, gericht aan de Voorzitter, deelt de Burgemeester van Wetteren de Academie mee, dat de gemeente Wetteren in 1987 de 150e verjaardag van de geboorte van Jan Broeckaert zal herdenken. Jan Broeckaert was in 1906 voorzitter van onze Academie. De herdenking zal gelijktijdig gebeuren met de herdenking van het 175-jarig bestaan van de brandweer en het 150-jarig bestaan van de spoorwegen te Wetteren. De drie herdenkingen worden gekoppeld aan een tentoonstelling die op 25.4.87, na een academische zitting, door de Gouverneur van Oost-Vlaanderen zal geopend worden.
Vragen van de burgemeester:
a) | Wil de voorzitter van de Academie toetreden tot het beschermcomité? |
b) | Wil hij in de academische zitting de figuur van Jan Broeckaert belichten? |
c) | Kan de Academie een borstbeeld van Jan Broeckaert en enige documentatie voor de tentoonstelling (25/4/87 - 15/5/87) in bruikleen geven? |
| |
| |
Na bespreking is het bestuur het erover eens, dat op vraag (a) bevestigend mag worden geantwoord: dat n.a.v. vraag (b) de ondervoorzitter, de heer Keersmaekers, de figuur van Jan Broeckaert zal belichten (lezing van max. 30') en dat ook op vraag (c) in principe bevestigend mag worden geantwoord. Een borstbeeld van Jan Broeckaert bezit de Academie evenwel niet.
| |
Geheime zitting
I. Lidmaatschap.
De verkiezing van een buitenlands erelid voor de opvolging van wijlen de heer Meertens wordt ingevolge art. 42 van het huishoudelijk reglement verdaagd tot de eerstvolgende vergadering (18 februari 1987).
| |
II. Samenstelling van de jury's belast met het beoordelen van de prijsantwoorden voor 1987:
a) Prijs voor letterkunde (ten bedrage van 25.000 F.):
Op de prijsvraag: ‘Een studie over de poëzie van Paul Snoek’ werden twee antwoorden ingezonden: ‘Paul Snoek als uitvinder van gedichten. Enkele raakpunten met de uitvinders van de Cobra-beweging’, door mevrouw Joke Goethals, Hofstraat 121, 9000 Gent en ‘De zwarte doos van Icarus. Een studie over de poëzie van Paul Snoek’, door de heer Frans Depeuter, De Heikens 21, 2430 Olen.
Voorstel: mevrouw D'haen, de heren Hadermann en Van Herreweghen.
b) Prijzen voor taalkunde (ten bedrage van 25.000 F.):
- ‘De structuur van de bijzin in de “Grote Enqueste” (1389). Woordvolgorde en andere syntactische verschijnselen in 14de-eeuws Brabants’, door de heer Alfons de Meersman, Abelendreef 15, 9090 Stekene.
Voorstel: de heren Vanacker, Roelandts en Hoebeke.
- ‘Gallicismen in het Zuidnederlands. Een onderzoek naar interferentieverschijnselen in Antwerpse krantetaal van 1700 tot 1900’, door mevrouw Reinhilde Haest, Marcel Auburtinlaan 99, 2600 Berchem. Voorstel: de heren Vanacker, Geerts en Couvreur.
De voorstellen worden goedgekeurd.
| |
| |
| |
II. Commissievergaderingen
Vaste Commissie voor Onderwijs en Nederlandse Lexicografie
Verslag door de heer Hoebeke, lid-secretaris.
Aanwezig: de heren Couvreur, voorzitter, Geerts, ondervoorzitter, en Hoebeke, secretaris;
de heren Roelandts, Moors, Leys, Coupé, Keersmaekers en Willemyns, leden.
Hospiterende leden: de heren Van Elslander, Decorte, De Belser, Deschamps, De Paepe en Janssens.
Afwezig met kennisgeving: de heren Gysseling en Goossens, leden.
| |
Agenda
De literaire ‘voorouders’ van Cyriel Buysse, lezing door de heer Van Elslander.
De spreker handelt over de wijze waarop Cyriel Buysse tot de literatuur is gekomen en corrigeert wat A. Mussche daar destijds over heeft geschreven. Buysse heeft zich immers ver voor zijn reis naar Amerika (1886) aan het schrijven gezet. De spreker steunt daarbij op bewaarde getuigenissen van Buysses zuster Alice. Cyriel Buysse was ook een verwoed Zola-lezer. Zijn debuut viel vermoedelijk in 1881.
Voorts weidt de spreker uit over ‘voorouders’ en de familie die meer dan een lid met literaire belangstelling heeft geteld, en wel langs moederszijde, de zijde van Marie Comparé, een van de gezusters Loveling. (eig. Leveling//Leuveling//Loveling)
Tot slot werden wel nog enkele vragen gesteld. De tekst van de lezing zal t.g.t. in de Verslagen en Mededelingen worden gepubliceerd.
| |
Vaste Commissie voor Cultuurgeschiedenis
Verslag door de heer Van Herreweghen, wd.-secretaris.
Aanwezig: de heren De Paepe, voorzitter, en Van Herreweghen, ondervoorzitter;
de heren Van Elslander, Decorte, mevrouw Deprez, de heren De Belser, Deschamps en Janssens, leden.
Hospiterende leden: de heren Roelandts, Moors, Leys, Hoebeke, Coupé, Couvreur, Keersmaekers, Willemyns en Geerts.
| |
| |
Afwezig met kennisgeving: de heer Lampo, secretaris;
mevrouw Rosseels, lid.
| |
Agenda
Taalproblemen in Het verdriet van België, lezing door de heer Geerts.
De spreker ziet ‘Het verdriet van België’ als een goudmijn voor een socio-linguist. Hij behandelt de taal van Claus als beeld van de talige chaos die in Vlaanderen permanent is: het dialect, het Vlaams, het ‘schoon’ Vlaams, het Hollands, de standaard-taal, het Frans...
De tekst van deze lezing is gepubliceerd in de Verslagen en Mededelingen jg. 1987, aflevering 1, blz. 1-12.
|
|