Tijdelijke commissie ‘herdrukken uit de zuidnederlandse letterkunde’.
Vergadering van 17 juni 1981
Aanwezig: Mevrouw DEPREZ, de heren WEISGERBER, voorzitter van de commissie, de heren VAN ELSLANDER, DECORTE en COUPE, leden, en de heer HOEBEKE, vast secretaris van de Academie.
Agenda: definitief opstellen van de rangorde waarin de werken in druk mogen worden gegeven.
De heer Hoebeke deelt mee, dat hij een onderhoud heeft gehad met de Kabinetschef van Staatssecretaris De Backer en dat hij vernomen heeft, dat er geld op komst is om met de herdruk een aanvang te kunnen maken, maar dat de juiste datum waarop het geld ter beschikking zal zijn nog niet bekend is. Verder zet de Vaste Secretaris de redenen uiteen waarom hij nu vrij spoedig moet kunnen beschikken over ten minste twee persklare manuscripten en waarom er nog twee andere moeten worden voorbereid. Na bespreking wordt de volgende rangorde vastgesteld:
1. | ‘Kinderjaren’, door N.E. Fonteyne (in 1965 nog als pocket verschenen bij Heideland, maar volledig uitverkocht); |
2. | ‘Indrukken en ervaringen’, door Domien Sleeckx; |
3. | ‘De toverdoos’, door E. Zetternam; |
4. | ‘Een Vlaamse jongen’, door Wazenaar. |
De tekst van ‘Kinderjaren’ wordt bezorgd door mevrouw Deprez, die alleen nog haar in- of uitleiding (maximum 3 à 4 bladzijden) moet schrijven, terwijl de tekst van ‘Indrukken en ervaringen’ bezorgd wordt door de heren L. Simons en M. Somers en de tekst van ‘De toverdoos’ door de heer Van Elslander.
Voor de tekst van ‘Een Vlaamse jongen’ moet nog een bewerker worden aangewezen.
Mevrouw Deprez wijst erop, dat er nauwkeuriger richtlijnen voor de wijze van bewerken van de teksten moeten worden gegeven. De vergadering beslist die kwestie op een volgende bijeenkomst van de Commissie te bespreken. Die bijeenkomst zal plaats vinden op 14 juli e.k. om 14u.30 in het Academiegebouw.