Verloren Sone
(1908)–Anoniem Verloren Sone– Auteursrecht onbekendHoe den verloren Sone van sijnen Vader zijns kints ghedeelte van alle zijns Vaders goedt ontfanght.NA desen heeft den Vader een somme ghelts ende een deel JuweelenGa naar voetnoot1) ghehaelt de welcke hy al t'samen den verloren Sone ghegheven heeft. Met eenen droeven moede tot hem segghende, aldus: Nu hout Sone daer van t'goet
Saligher ghedachten uwer moeder soet
Na dat ghy u deel hebben wilt hier te stat
Ende om Godts wille regeert u batGa naar voetnoot2)
Dan ghy voortijts hebt ghedaen.
Den verloren Sone.
En sorcht niet voor my voortaen
Want ten spijte van desen toonaertGa naar voetnoot3)
Mijnen broeder den nijdighen grovaertGa naar voetnoot4)
Sal ick my soo verre gaen pooghen
Dat ick nimmermeer voor uwen ooghen
Comen en sal, al soudemen my setten op een rat.
Den Vader.
O sone ghy doolt wel seer uyt den rechten pat
Sonder op ws levens eynde te dincken.
Den verloren Sone.
Die hanghen moet machGa naar voetnoot5) niet verdrincken
Men mach5) maer eens sterven hoe ment keert oft went.
| |
[pagina 19]
| |
Den Vader.
Och sone zijt ghy alsoo ghesint
Dat is een deerlijck dinck.
Den verloren Sone.
Noyt kint van Vader en ginck
Met sulcken ghenoechte
Daeromme sijt niet van moede swaer
Wat fortuyne my toecomen mach
Want ick gaen wille sonder verdrach
Met desen schat in vremde landen
Dus en sorcht niet dat ick u schanden
Sal doen, al crijch ick ongheluck franckGa naar voetnoot1)
Hier met adieu want dit is ganck.
|
|