Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1864

Handboek voor de geschiedenis des vaderlands, door Mr. L. Ed. Lenting. Te Zutphen, bij W.J. Thieme & Co. en J.A. Willemsen, 1864. Eerste gedeelte, 204 pag. In gr. 8vo. Prijs ƒ 1,35.

Toen Referent nog op de banken der lagere school gezeten was, bestond het leeren der vaderlandsche geschiedenis hoofdzakelijk in het verkrijgen van kennis der gebeurtenissen, die in de gewesten Holland en Zeeland waren voorgevallen. De overige provinciën werden alleen in zooverre genoemd als de voorvallen daarin en daarmede met de geschiedenis der twee eerstgenoemde gedeelten van de aloude republiek zamenhingen. Langzamerhand is dit verbeterd, en menig leerboek van geringen omvang geeft thans een vollediger overzigt van de geschiedenis des vaderlands, dan Wagenaar of Te Water in hunne vele lijvige boekdeelen geleverd hebben.

Ook het werk van den heer Lenting behoort tot die leerboeken. Wat hij zelf er van zegt, laten wij hier gaarne volgen: ‘Ik had aanvankelijk slechts het voornemen, eene schets te schrijven over de geschiedenis van ons vaderland, en wel ten behoeve van de lagere school. Dikwijls echter werd ik door den rijkdom der stof verleid, enkele tijdperken wat breedvoeriger te behandelen; ook kon ik 't niet altijd van mij verkrijgen,

[p. 313]

over wezenlijk belangrijke punten in de nederlandsche geschiedenis zoo vlugtig heen te stappen. Zoo werd mijn arbeid van lieverlede meer uitgebreid, dan oorspronkelijk mijn plan was, en bestemde ik dien ten laatste voor gymnasiën en hoogere burgerscholen, of wel voor eigen oefening.’

De heer Lenting heeft zich goed van zijne taak gekweten; door gebruik te maken van de jongste resultaten van het onderzoek op geschiedkundig gebied, maakt hij den leerling bekend met de meer nieuwe voorstellingen onzer geschiedenis, terwijl hij tevens kortelijk de ontwikkeling van onze oude staatsinstellingen nagaat. De schrijver heeft dus iets meer gegeven, dan men vroeger van een handboek voor de geschiedenis des vaderlands eischte.

Dit eerste gedeelte loopt tot den aanvang der zestiende eeuw. Met nog een gedeelte zal het werk voltooid zijn. Het is zeer aanbevelenswaardig en wij wenschen het een ruim debiet toe.

Na de uitgave van het tweede gedeelte komen wij meer breedvoerig op den inhoud terug.