Waarom? door Quos Ego. Twee deelen. (Te) Tiel, (bij de) Wed. D.R. van Wermeskerken, 1863. Prijs ƒ 6.00.
Inderdaad een vreemde titel voor een roman, daar deze ons hoegenaamd niet het minste denkbeeld geeft op welk gebied deze veel omvattende vraag gedaan en beantwoord wordt tenzij men het, op het titelblad uitgedrukte motto, nader beschouwe en vooral de tot dat doel cursief gedrukte regel: ‘Vrede in des Heeren Naam, aan de ongodisten krijg!’ Deze woorden ad notam nemende kwamen we echter al spoedig tot de conclusie, dat het ons ter aankondiging gezonden werk in geenen deele op den leest der moderne godgeleerdheid, horribile dictu! geschoeid was, en juist om die reden stuitte het ons eenigzins met het werk kennis te maken en te meer omdat de pseudoniem waar achter een vermoedelijk niet onbekend letterkundige zich verbergt de infaamste pseudoniem is, die ooit voor een werk, met bedoelingen als waarmede de schrijver bezield is, kon uitgedacht worden. Voor hem ten minste, die de beteekenis van het woord: ‘Quos Ego!’ begrijpt en verstaat, geeft het aanvankelijk geen goeden indruk als hij weet dat de moderne rigting der godgeleerdheid in een romantisch kleed gehuld, door een grimmig en verbitterd vijand zal bestreden worden, een vijand die zelfs op dat gebied geen sluipmoord te gering acht en alles te vuur en te zwaard zou vernielen om slechts zijne bekrompene, kortzigtige, onlogische denkbeelden te zien zegevieren.
Men verwachte dus van onze pen geene toejuiching, voor zoover het betreft het moreel karakter van een werk dat in de wereld geschopt is om anders denkenden te grieven onder