De Weduwenaar. Door W.M. Tackeray. Uit het Engelsch vertaald door L.C. Cnopius. Te Leiden, bij de firma van den Heuvel & van Santen, 1862. In gr. 8vo., 233 bladz. Prijs ƒ 2,50.
Een beroemde naam doet veel verwachten; zoo ging het ons bij het openslaan van ‘de weduwenaar;’ maar toen wij reeds vele bladzijden hadden gelezen, moesten wij ons gedurig vragen, waar nu toch het eigenlijk schoone en interessante in zat; want het stond bij ons vast dat het zich eindelijk zoude laten vinden. Zóó veel invloed heeft een beroemde naam! Het doet ons leed te moeten verklaren dat wij, ofschoon wij met het einde toe hebben gelezen, het boek onvoldaan hebben gesloten.
Wij vinden hier een weduwenaar geteekend, die een zeer goedhartig, maar overigens vrij onbeduidend wezen is. Rondom hem bewegen zich vele figuren, die als typen, niet minder dan de hoofdpersoon, zeer natuurlijk naar het leven zijn geschetst. Zoo maken wij kennis met een paar dwaze schoonmoeders, eene inhalige klaploopster, een jong meisje, dat zich door inspanning boven houdt en eindelijk fortuin