Korte mededeelingen.
Het docerend personeel van onze gymnasieën zit niet ledig, en verrigt ongetwijfeld den nuttigsten arbeid, door zelf te voorzien in de behoefte welke er bestaat aan goede handleer- en leesboeken ten gebruike bij het onderwijs. De docenten zelven weten het best, ten minste behooren 't best te weten, welke de vereischten van zulke boeken zijn, en van de bekwame mannen onder hen kan men de geschikste schoolboeken verwachten.
Onlangs zijn weder twee boeken uitgekomen, welke dit bevestigen. Het eene is getiteld: Grieksch leesboek voor eerstbeginnenden. Naar Dr. A.F. Gottschick vrij bewerkt en naar het Attisch taaleigen geregeld door Dr. D.M. Kan, praeceptor aan 't Stedelijk Gymnasium te Groningen. Voor een geleidelijk en degelijk onderwijs is dit boek zeer geschikt. Het zou misschien in bruikbaarheid gewonnen hebben, indien onder aan de pagina's niet alleen naar Dr. Francken's Rudimenta, maar ook naar andere spraakkunsten verwezen was, op de wijze, waarop dit in Dr. Vitringa's Latijnsch leesboek geschiedt.
Het andere boek is eene uitgave voor gymnasiaal gebruik van Lycurgus redevoering tegen Leocrates door Dr. A.H.G.P. van den Es. Met den geleerden uitgever gelooven wij dat de schoone oratie van Demosthenes' eerlijken en welsprekenden vriend zeer geschikt is om op 't gymnasium gelezen te worden. Aan de wijze waarop zij is uitgegeven zien wij, dat Dr. van den Es een docent is, die zijne taak begrijpt, die zijne jongelui door zijn onderwijs wil ontwikkelen, en niet zich bepaalt met hun eenige dorre taalkennis in te pompen. Daarenboven behoeft men de afwijkingen van den textus receptus maar in te zien, om te kunnen verklaren, dat de uitgever zich zeer verdienstelijk gemaakt heeft ten opzigte van de kritiek der oratie.