hebben ons daarom, zoo spoedig de tijd dit toeliet, aan het lezen gezet en wij willen het gaarne bekennen: de lectuur deed ons menigmaal het boek ter zijde leggen en een ander opnemen. Eindelijk waren wij ze twee lijvige deelen doorgeworsteld, en onder den indruk, dien de lezing ons verschaft had, wilden wij dadelijk onze beschouwingen neder. schrijven, doch kwamen spoedig daarvan terug. Die indruk toch was onaangenaam, dat oordeel zou ongunstig zijn en afgaande o de namen van Dickens en Mensing durfden wij ons zelven niet vertrouwen.
Wij gaven daarop het werk aan eene dame ter inzage. Ook zij had groote verwachtingen van schrijver en vertaler, en wij hoopten, dat wij in onze ongunstige gedachten wat zouden getemperd worden; want wij wisten, dat zij, bij een goed inzigt in onze litteratuur tevens bezield was met eene vurige liefde voor de producten van Engelands beroemden romancier. Na eenige weken ontvingen wij het werk terug en de eerste woorden, die wij hoorden, waren: ‘Ik ben in mijne verwachtingen teleurgesteld!’ En toen wij haar vraagden, hoe het kwam, dat zij het boek zoo lang onder zich gehouden had, terwijl het haar geene inspanning kost een werk van dergelijken omvang in weinige dagen te lezen, was haar antwoord op nieuw: ‘Omdat de groote verwachtingen hoe langer hoe meer groote teleurstellingen werden, en dit mijn lust tot lezen wel wat benam!’
Indien wij dus een afkeurend votum over dezen roman uitspreken, dan is het niet alleen op onze eigene opinie, maar ook op die van anderen. En in waarheid, de fiksche karakterteekening, die de vroegere voortbrengselen van Dickens kenmerkte, wordt hier gemist; de personen, die hij ten tooneele voert, zijn of te overspannen of te onbeduidend. Zelfs de hoofdpersoon voldoet niet aan de verwachting - wij willen niet eens zeggen aan de groote verwachting. Het is een zeer gewoon voorval,waarop de roman is gebouwd: een gevangene wordt het leven gered, en deze betoont zijne dankbaarheid aan zijn redder, - ziedaar het thema. Van Dickens had men mogen verwachten, dat dit thema op meesterlijke wijze ware uitgewerkt, doch als wij den schrijver naar zijn geschrijf mogen afmeten, dan moeten