Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1862
(1862)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijJacobus Praepositus, Luthers leerling en vriend, geschetst in zijn lijden en strijden voor de Hervormingszaak, door H.Q. Janssen. Amsterdam, P.N. van Kampen, 1862. In gr. 8vo., 328 bl. Prijs ƒ 3,25.De geleerde en smaakvolle schrijver van de Geschiedenis der Kerkhervorming te BruggeGa naar voetnoot(1) en andere stukken, belangrijke bijdragen behelzende voor de kerk- inzonderheid de Hervormingsgeschiedenis, geeft ons in dit geschrift eene uitmuntende monographie over eenen man, die in de geschiedenis der Nederlandsche Hervorming meer behoort op den voorgrond te staan dan tot dusver het geval geweest is: Jacobus Praepositus, gelijk hij zijnen Nederduitschen naam Probst verlatijnschte, - ook - volgens Janssen ten gevolge eener verkeerde lezing - Spreng genoemd. Hij werd geboren te Yperen in het laatst der vijftiende eeuw en studeerde eerst te Erfurt, waar hij naar men verzekert met Luther in ééne cel gewoond heeft, daarna onder dien grooten kerkhervormer te Wittenberg, van waar hij zich naar Antwerpen begaf. Aldaar als prior aan het hoofd van het Augustijner klooster geplaatst, geraakte hij in hechtenis wegens het prediken in reformatorischen zin en herriep te Brussel zijne geuite leerstellingen uit vrees voor den brandstapel. Losgelaten werd hij naar een klooster zijner orde in zijne geboorteplaats gezonden, doch ook daar kwam hij wegens zijne vrijzinnige predikatiën dermate in verdenking, dat hij andermaal gevat en nu naar Brugge gevoerd werd, met de zekerheid, dat hij ditmaal den vuurdood niet ontgaan zou. Hij vond echter middel om zijnen kerker te ontvlugten en nam de wijk naar Wittenberg. Na onderscheidene omzwervingen vond hij eindelijk rust te Bremen, waar hij de kerkhervorming invoerde en als superintendent werkzaam bleef tot aan zijnen dood, die den 30 Junij 1562 voorviel. Dit alles wordt uitvoerig, maar niet wijdloopig, in | |
[pagina 296]
| |
schoonen vorm maar op grond van historische onderzoekingen, met veel kennis maar zonder pronk van geleerdheid, in dit boek uiteengezet en geplaatst in het licht van tijd en omstandigheden. Achteraan vindt men twee opstellen van Praepositus in het plat Duitsch, terwijl een alphabetisch register een nuttig toevoegsel is, dat wij met te meer ingenomenheid vermelden, omdat het tegenwoordig al te veel verwaarloosd wordt, ook in die geschriften, bij welke het nogtans een noodzakelijk vereischte is. Wij noemen het een zeer belangrijk boek, en dat nu niet zoozeer of alleen omdat het eene belangrijke figuur uit de hervormingsgeschiedenis nader leert kennen, maar eerst en vooral omdat het in weinige bladzijden een helder licht verspreid over de wieg der Nederlandsche kerkhervorming. Het is bekend genoeg, dat Antwerpen eene groote rol speelt in de geschiedenis van deze; zelfs wordt men er bij het lezen der des betreffende schriften meer en meer toe gebragt om het oog naar Antwerpen te slaan als het punt vanwaar de reformatie in de Nederlanden is uitgegaan. Maar daarbij bleef men dan ook veelal staan, 't meest hechtende aan de toen reeds voorname koopstad, waar velen kwamen en van waar velen uitgingen, door wie een beter licht bekend werd. Wel heeft de voortreffelijke schrijver van de geschiedenis der kerkhervorming, ter Haar, regt gedaan aan de ‘monniken van het Augustijner klooster te Antwerpcn, uit wier midden reeds vroeg pogingen ter hervorming waren uitgegaan,’ gelijk mede aan ‘den verdienstelijken prior van dat klooster,’ door hem Sprenger genoemdGa naar voetnoot(1); maar Janssen heeft de verdienste van in het licht te hebben gesteld, hoe dat klooster ten gevolge van Praepositu's betrekking tot Luther het punt is geweest van waar de bestrijding des aflaathandels in onze gewesten eigenlijk is uitgegaan, de vonk alzoo die brandstof vond in hetgeen Geert Groete en anderen op den Nederlandschen bodem hadden voorgearbeid. Wij danken den bekwamen, ijverig werkzamen Janssen voor dit nieuwe lettergeschenk. De uitgever heeft eer van de door hem daaraan bestede zorg. v.O. |
|