jaar worden geboren, gemiddeld berekend naar de statistiek der laatste tien jaren. Die phrenologen zouden de schedels der kinderen dadelijk na de geboorte moeten bekijken en zooveel noodig bevoelen en betasten, om uitspraak te doen wat er van ieder kind moest worden gemaakt. Op die wijze zou ook het spreekwoord waarheid worden: ‘hij is voor dit (of voor dat) in de wieg gelegd;’ en zoodoende konde de geheele maatschappij binnen eene halve eeuw tijds uit louter feniksen bestaan. Men zou natuurlijk moeten zorgen, dat er geen brekebeenen waren onder de aan te stellen phrenologen, die onder controle behoorden te staan van eene provinciale phrenologische commissie; terwijl op verzoek der ouders eene re-inspectie van een of ander cranium moest kunnen worden ingesteld door de bedoelde commissie, die tevens om de vijf jaren ambtshalve eene inspectie of reinspectie zou houden over alle craniums beneden de twintig jaren. Zie, zulk een wets-ontwerp zou in de tweede kamer stellig met algemeene stemmen worden aangenomen, des noods na bijvoeging van dit amendement: Van de periodieke inspectiën ambtshalve, in art.....bedoeld, zijn vrijgesteld alle vóór de afkondiging van deze wet geborene kinderen van de zoodanigen, die het uitzigt hebben dat de bedoelde kinderen later, door het favoritismus, in een of ander postje zullen worden gestopt.
Brassen is eene ondeugd, waarin tegenwoordig alleen de welgegoeden en de bedelaars kunnen vervallen. - Zij, die den kost moeten verdienen, zijn blijde als ze het noodige kunnen bekomen; zij behoeven op dat punt niet meer te bidden: Leid ons niet in verzoeking. Zoo ziet men: de duurte en de schrale verdiensten hebben toch ook eene nuttige zijde.
Breinkas is niet zelden een vacuum of een chaos. Vacuum wil zeggen: een ding dat leeg is. Chaos beduidt: een warboel.
Brand. Eene ramp, waartegen niet alleen overal bluschmiddelen bestaan, maar tevens een aantal binnenlandsche waarborg- en buitenlandsche assurantie-maatschappijen. Hoe is het bij dat alles mogelijk, dat er nog zoo velen zijn, die telkens in den brand zitten, en zoo velen, die, in weerwil van al hun gejammer, door niemand uit den brand worden geholpen?