mede beoogd wordt, maar meer nog om den inhoud, die het zeldzaam kenmerk oplevert, hoe stichtelijkheid met degelijkheid vereenigd kan worden.
De heer C.H.F. Riesz maakt in zijne brochure: Wat behoeft Java? ('s Gravenhage, H.C. Susan CHz., 1860) eenige denkbeelden openbaar over bestuur en arbeid(??) Niemand zal ontkennen dat het woord daarin gesproken gematigd en bescheiden is; maar verder valt daarin weinig te prijzen. De schrijver wil concessies doen aan beide rigtingen, welke ten opzigte van de Indische aangelegenheden tegenover elkander staan, en schijnt te verlangen, dat men hem noch onder de eene, noch onder de andere partij rangschikt; hij erkent dat op Java misbruiken bestaan van ernstigen aard, hij wenscht dat eene radicale verbetering tot stand kome, maar schuwt radicale middelen; zonder talent en nagenoeg zonder motieven stelt hij een middenwegjen voor. Welke waarde dergelijke raadgevingen hebben, is genoeg bekend. Menschen met halve overtuiging komen met halve maatregelen voor den dag om, - eene geheele verbetering tot stand te brengen; zij begrijpen niet, dat dit niet gelukken kan, en dat halve hervorming eigentlijk geene hervorming is. Evenwel, had de heer R. zijne beweringen en raadgevingen wat meer geargumenteerd, dan zouden wij aan zijne woorden meer aandacht geschonken, en ze eene uitvoerige beschouwing waardig hebben gerekend; nu bepalen wij ons bij de korte klassificatie welke wij van den schrijver hebben gegeven.
Onder den titel: Algemeene gezondheid en Fabrijk-nijverheid heeft Dr. Ali Cohen een belangrijk rapport aan Gedeputeerde Staten der provincie Groningen publiek gemaakt. Het rapport behelst natuurlijk consideratie en advies omtrent een bepaald feit, maar aangezien de geleerde en bevoegde rapporteur zich de moeite gegeven heeft van de hoofdbeginselen uiteen te zetten, waarnaar volgens zijne meening bij de beoordeeling van aangelegenheden, als waarover zijn raad was ingeroepen, behoort gehandeld te worden, - zoo mag gezegd worden dat hij een goed werk heeft verrigt met de uitgave van zijn uitvoerig rapport. Aan besturen van ge-