Chronologisch overzigt der algemeene geschiedenis; door J. Biemond, Onderwijzer te Maassluis. Maassluis, J. van der Endt, 1860. In 4to, 43 blz.
Deze tabellen der oude, middel- en nieuwe geschiedenis hebben de verdienste dat zij kort zijn en de voornaamste namen en bijzonderheden vermelden. Bij de Oude Geschiedenis heeft de opsteller, die ze eerst enkel voor zijne leerlingen bestemde, maar ze nu tot algemeener nut algemeen verkrijgbaar stelt, geheel den weg gevolgd, hem door mr. A.J.J. Bake daarin geopend, terwijl hij, met betrekking tot de Middel- en Nieuwe Geschiedenis, erkent weinig meer te hebben verrigt dan de Chronologie, gevoegd bij de Algemeene Geschiedenis van Pütz, ethnographisch en synchronistisch te rangschikken.’ Aan ons vaderland is daarbij geene plaats ingeruimd, daar de heer Biemond de geschiedenis van Nederland later afzonderlijk hoopt te behandelen. Ook is hij ten deze teruggehouden door de vrees, dat hij anders te uitvoerig zou worden. Noch de eene noch de andere reden is in ons oog geldig; de geschiedenis van ons vaderland moest, van den aanvang der christelijke jaartelling af, eene afzonderlijke kolom hebben. Vooreerst is de leerling, die deze tabellen gebruikt, in den regel reeds niet meer geheel een vreemdeling in de geschiedenis van zijn vaderland; het bezigen van tabellen bij het onderwijs in de Algemeene, waarbij ook aan de Vaderlandsche eene plaats is ingeruimd, knoopt dus het nog niet in het geheugen opgenomene aan dat, met hetwelk de leerling reeds eenigermate gemeenzaam is geworden. Ten tweede wordt daardoor het onthouden van jaartallen gemakkelijker gemaakt; de tijd ven den Hussitenoorlog b.v. laat zich gemakkelijker onthouden, als men zich herinnert, dat hij gelijk invalt met het leven van Jacoba van Beijeren. Ten derde bestaat er een naauw verband tusschen