school te Ain-Warkah zelfs eene soort van universiteit, waar men, behalven in de Arabische moedertaal, ook in het latijn, oud Syrisch (hunne kerktaal) en Italiaansch onderwezen wordt.
De bekende kalif hakim, een mensch, die een mystieke dwaas en een bloeddorstige tyran was, is de stichter van de secte der Drusen. Eerst gaf hij zich voor een profeet, daarna voor eene incarnatie der godheid uit. Een zijner aanhangers, de Turkoman ed derusi, die den nieuwen God te hevig verkondigd had, moest voor de ontevredenheid der inwoners van Caïro vlugten, en begaf zich naar den Libanon, om daar het volk van het gebergte voor hakim's leer te winnen. Het gelukte hem eene schaar van geloovigen om zich te verzamelen, die zich naar hem Ed Derusi noemden, en wier gemeenten zich tot nu toe hebben staande gehouden. De grondstellingen hunner godsdienst, welker cultus eene geheime eeredienst is, zijn de volgende: Er is maar een God. Hij is onbegrijpelijk. Hij heeft zich herhaalde malen geopenbaard, het laatst in den persoon van hakim. Deze zal eens wederkomen en het ware geloof den zege verschaffen.
Een eigenlijke priesterstand kennen de Drusen niet; evenwel is er eene zekere geestelijke aristocratie onder hen, terwijl zij zich in ingewijden (Akal) en profanen (Dsjahel) onderscheiden. Slechts aan de eersten is het geoorloofd, de godsdienstige boeken der sekte te lezen en des Donderdags in de kapellen de godsdienst bij te wonen. Het getal der ingewijden, waartoe ook vrouwen behooren, en die zich van de anderen door een witten turban onderscheiden, is ongeveer tien duizend, dat der niet-ingewijden ongeveer twaalf maal zooveel. De Drusen gelooven verder aan de zielsverhuizing. Jezus en mahomed houden zij voor valsche profeten. Hij, die van de dooden opstond en door gesloten deuren bij de Jongeren binnentrad, was de eigenlijke levende en onsterfelijke Messias.
Het gebod, om niet met andersdenkenden om te gaan, wordt dikwijls overtreden, en het gebeurt zelfs, dat de Drusen als zij zich onder Muzelmannen bevinden, in de moskeeën gaan en aan alle ceremoniën deel nemen. In hun hart echter haten zij alle belijders van eene andere godsdienst en vooral de Christenen, daar onder hen de sage bestaat, dat de Franken eens hunne staatsinrigting zullen omverwerpen. Deze laatste