komt. Zijne opgaven omtrent de Engelsche en Iersche revivals zijn opgeschreven als de getallen eener optellingssom, en vormen, zonder verband als zij zijn, eenen verwarden en incompleten katalogus. Zij maken het eerste gedeelte uit van het boeksken. Het tweede gedeelte moet dienen om eenige verschijnselen uit vroegeren tijd te melden, welke eenige overeenkomst hebben met de tegenwoordige opwekkingen; hierbij is ten minste op chronologische orde gelet. Zeer verwondert het ons echter, dat de heer steijn parvé hier niet een feit vermeldt, dat eene bladzijde onzer vaderlandsche kerkgeschiedenis vult, en dat zeker meer nog dan de opgegevenen, overeenkomst heeft met de
revivals. Wij bedoelen de Nijkerksche beroering, welke tegen de helft der voorgaande eeuw ons land in opschudding bragt. Wie zich de moeite wil geven van hierover de Geschiedenis der Nederduitsche Hervormde kerk van ypeij en dermout (deel IV bladz. 8 en volgende) na te zien, zal bespeuren hoe groot de overeenkomst tusschen de verschijnselen van het toen gebeurde met de opwekkingen is. - Het derde gedeelte is gewijd aan eene beschouwing van den oorsprong, den aard, en de inrigting (?) der Amerikaansche revivals, omdat van deze de Engelsche en Iersche bewegingen afkomstig zijn. De lezer wachte hier geen fijn, psychologisch onderzoek; niet omdat de zaak het niet verdient; maar de heer s.p. houdt zich daarmede naar het schijnt niet op en ook hier alweder ontvangen wij niets dan eene onzamenhangende opsomming van feiten. - In het vierde gedeelte worden ons eenige bijzondere verschijnselen gemeld, welke zijn waargenomen bij de tegenwoordige bewegingen in Ierland en Engeland, en als bewijzen kunnen dienen voor de bedenkelijkheid (?) van vele dezer vertooningen.’ - Eindelijk wordt het werk besloten met ‘eenige algemeene beschouwingen en opmerkingen,’ welke weinig beduiden, en allen zeer goed onder een der vier andere deelen hadden kunnen worden geplaatst.
Is de mededeeling des heeren s.p. naar onze meening ongemeen weinig verdienstelijk - de zaken waarover zijn werk handelt verdienen zeer de aandacht, en gaarne bevelen wij dit werkjen aan, aan ons leeslustig vaderland, in de hoop dat het de uitwerking zal hebben welke wij er ons van voorstellen, namelijk deze, dat men zich in Nederland zal laten