genoegzaam verklaren, wanneer men de strategie alleen als wetenschap beschouwt, en al verfoeit men nog zeer de gruwelen van den oorlog, hulde doet aan den wetenschappelijken vooruitgang der krijgskunde.
Voor hem die de ontwikkeling dezer wetenschap in de negentiende eeuw wenscht na te gaan en te bestuderen, is het werk van rustow een uitmuntend handboek, dat, zoo als de schrijver met regt verklaart, in eene lang gevoelde behoefte voorziet; het is een heerlijke leiddraad voor hem die zich door zelfonderrigt wenscht te bekwamen, terwijl hij die belast is met het doceren van de geschiedenis der strategie veel dienst van dit werk hebben zal.
De eerste hoofdstukken zijn gewijd aan beschouwingen over de strategie in het algemeen, en aan een overzigt van de veldheers-kunde in de voorgaande eeuw. Met het derde hoofdstuk vangt eigenlijk de geschiedenis der krijgskunde van de laatste zestig jaren aan. Schier ongeloofelijk is het, welk een rijkdom van feiten door rustow met betrekkelijke beknoptheid, maar tevens met de meest mogelijke helderheid worden behandeld; en dat alles zoo puntig, op eene wijze welke zoo zeer het karakteristieke van elk tijdvak en van elke rigting doet uitkomen, met zulk eene uitgebreide theoretische en praktische kennis, dat het zekerlijk de bewondering van een ieder die het boek gebruikt zal wekken. Verbood de aard van dit tijdschrift niet, om meer in bijzonderheden te treden, ik zou gaarne door eenige aanhalingen mijn gunstig oordeel over dit werk gestaafd hebben. Thans moet ik mij echter bepalen met rustow's Krijgsgeschiedenis der negentiende eeuw ten zeerste aan te bevelen aan alle officieren, die op hunne wetenschappelijke vorming prijs stellen, aan alle onder-officieren, die eenmaal door een examen den rang van officier hopen te verkrijgen, aan allen daarenboven die in den vooruitgang der wetenschap in het algemeen belang stellen, en de krijgsgeschiedenis niet willen uitwisschen uit de rei der hulpwetenschappen voor de geschiedenis.
Allen lof komt den heer de fremery toe voor zijne uitmuntende bewerking van rustows boek, terwijl de uitgever wegens hetgeen hij aan dit werk verrigt heeft, verdient geprezen te worden.