den jeugdigen beoefenaar der bedoelde wetenschappen van het uiterste belang is; daarom zijn ons de beide aangekondigde werkjes welkom, en volgaarne willen wij medewerken om de aandacht van meer anderen er op te vestigen.
No. 1 schijnt eene voortzetting en uitbreiding te zijn van het bestaande tijdschrift voor Reken-, Stel- en Meetkunde, dat van wege de afdeeling Noord-Holland van het Ned. Onderw.-Genootschap bij a. hoogenboom wordt uitgegeven. Het is verdeeld in twee afdeelingen, de eene is aan Natuur- en Werktuigkunde, de andere aan de zuivere en toegepaste Wiskunde gewijd. Het doel der Redactie met de eerste afdeeling is om jeugdige beoefenaren van natuur- en werktuigkunde eene geregelde gelegenheid te verschaffen om aan de oplossing van vraagstukken, welke op de eerste waarheden der natuur- en werktuigkunde, berusten hunne krachten te beproeven, ten einde zich te kunnen vergewissen of die waarheden en wetten door hen goed zijn begrepen en worden toegepast, terwijl zij in de tweede afdeeling door het opgeven van vraagstukken van wat moeijelijker aard aan velen, die reeds eene zekere hoogte in dat vak bereikt hebben, voortdurend stof tot verder onderzoek aanbiedt. De eerste aflevering bevat, behalve eene inleiding, eene verzameling van tafels van verschillenden aard, ten einde de medewerkers in staat te stellen om zelf de noodige gegevens op te zoeken en de eenparigheid der antwoorden te beproeven.
Verder treft men er ook nog eene reeks van formules aan, die, hoewel zeer kort, evenwel over het algemeen verstaanbaar genoeg zijn, om den medewerker van dienst te wezen. De tweede aflevering bevat de beredeneerde oplossing van de vroeger opgegeven vraagstukken. Zoowel in de eene als andere afdeeling treft men menige duidelijke en degelijke oplossing aan, waaruit voor velen nog al wat te leeren is.
No. 2 is meer bepaald bestemd voor ‘aanvankelijke’ beoefenaren der wiskunde. De Redactie heeft gemeend dit in de voorrede stellig te moeten doen uitkomen, ten einde daardoor eene beschuldiging van zich af te werpen, als ware het haar streven een ander, reeds bestaand, tijdschrift en wel dat van wege de afd. Noord-Holland bij a. hoogenboom, afbreuk te doen. Zonder in eene beoordeeling te treden van de redenen, welke de gevoeligheid der Redactie zoo zeer hebben gaande