zijn strengen ernst, en hij een weinig van hunne innemende humaniteit - die mixtuur kon een uitmuntend recipe tot eene rijkgezegende prediking worden!
‘De beide zonen’ - in de gelijkenis Luk. xv - ‘vertegenwoordigen te zamen het geheele geslacht der menschen, het geheele getal der zondaars, dat zich in twee deelen splitst, hierin aan elkander gelijk, dat geen van beiden begint met zich waarlijk gelukkig te gevoelen in de gemeenschap van God, den Vader, dat allen tegen God zondigen door zich vrij te maken van zijne geboden en onafhankelijk van zijne leiding; hierin echter van elkander verschillende, dat sommigen het later inzien en bekennen, er later berouw over hebben en er zich van bekeeren, terwijl de anderen, die in het wezen der zaak hetzelfde gedaan hebben, zich voor regtvaardigen houden, omdat zij voor het uitwendige niet in dezelfde wegen hebben gewandeld.’ Ziedaar het thema, 't geen - zeker met een bewonderingswaardig tal van variatiën - de spil uitmaakt, om welke d. zich overal beweegt. Moet dat niet, ondanks de variatiën, tot eentoonigheid leiden?
Taal en stijl zijn zeer zuiver. Maar - ofschoon men 't aan de bovenstaande proeve niet zeggen zou - meestendeels bedient zich d. van de weêr in de mode geraakte korte volzinnen van ewaldus kist. Beets, de keyser, en zaalberg doen dat óók. Maar beets is de Maestro van den Nederduitschen stijl. De keyser heeft de kunst vrij wèl van hem afgezien. Zaalberg daarentegen en d. worden door die korte periodetjes verbazend woordenrijk en vermoeijend. 't Is wel eens, of zij de synonieme parallelen der Oosterlingen bij ons willen invoeren.
Moeten dan tegenwoordig alle goede, stichtelijke preken worden gedrukt? Nu - met dezen is 't eenmaal geschied. En wie ze koopt - goede, stichtelijke preken zijn ze zeker.
De uitvoering is onberispelijk.
v.p.