bedenkt dat barth van bijna allen vele bijzonderheden meêdeelt: de aardrijkskundige gesteldheid, de voortbrengselen zoowel uit het planten- als uit het delfstoffelijk en dierenrijk, de bevolking met hare zeden en gebruiken, hare afkomst en geaardheid, de nijverheid en den handel; dan zal men ook zonder nadere verzekering wel aannemen, dat de inhoud van dit verhaal ten hoogste belangrijk moet zijn.
Meer dan in het eerste deel komt het in deze voortzetting uit, met hoeveel regt de auteur spreken kon van zijne ontdekkingen. Want inderdaad vele zaken zijn door hem aan het licht gebragt, die vroeger òf geheel onbekend waren, òf waarvan men zich door vermoedens of ongegronde berigten allerlei valsche voorstellingen plag te maken. Met verrassing vernemen wij, dat in de binnenlanden van Afrika niet enkel woestijnen en ruwe berglanden, door even ruwe bewoners bevolkt, worden gevonden; maar integendeel uitgestrekte, vruchtbare oorden, getooid met de prachtigste voortbrengselen der natuur, bewoond door min of meer beschaafde volken, Mohammedanen of Heidenen, die zoowel handel en industrie als landbouw en veeteelt beoefenen. Barth leidt zijne lezers in tot de maatschappelijke en staatkundige inrigtingen, maar ook tot de huiselijke levenswijze van deze veelkleurige en in allerlei tongen en talen zich uitende wereldburgers. 't Zal dan ook niemand verwonderen, dat hij om daartoe in staat te zijn zich velerlei inspanningen moest getroosten. Ook zijne lotgevallen op dezen togt zijn der lezing overwaard en zeer interessant. Wat al gevaren had hij uit te staan van het klimaat en de vermoeijenissen der reize, van hebzuchtige landvoogden en verraderlijke bedienden, van wilde dieren en woeste menschen! Wat al onaangenaamheden en teleurstelling als hij zich, ontbloot van alle hulpmiddelen, alleen bevond in een vreemd gewest, dagelijks geplaagd door onbeschaamde bedienden, die hij niet kon afwijzen omdat hij hun achterstallig loon niet kon betalen; bovendien ziek en bezorgd voor de willekeur van den landsvorst, die een rijk geschenk verwachtte en eischte van den armen vreemdeling! Doch ook voldoening en blijdschap moest hem te beurt vallen. Hij betrad streken en bezocht steden, waar nimmer te voren een Europeaan den voet had gezet; hij ontving blijken van warme belangstelling uit