behandeling der historische gegevens - geen genre, waaraan de brekebeenen zoo dikwerf en blijkbaar met zooveel voorliefde zich wagen als aan dat 't welk thans door ons besproken wordt, b.v. krabbendam, van buren schele, nauta en nu ook lambrechts, die, zoo wij ons niet vergissen, nog al productief is, daar hij binnen 't jaar zes of zeven groot octavo Deelen de wereld inzond, eene vaardigheid met de pen, die vroeger ook het deel was van den Heer nauta, maar deze bewaart sedert eenigen tijd het zwijgen. 't Is echter zonderling, dat na den dag waarop nauta voor onze letterkunde gestorven was, eensklaps de Heer lambrechts verrees, en dezelfde denkbeelden, in denzelfden stijl en op dezelfde wijze in 't licht gaf; wel mag dit verschijnsel de opmerkzaamheid aller belangstellenden tot zich trekken, maar enfin: over de zeer innige verwantschap tusschen laatstgenoemden en den Auteur van het boek dat voor ons ligt, laat Ref. liefst zijne lezers oordeelen. Hij voor zich meent aan eenen kaper op letterkundig gebied te mogen denken, die zoo nu en dan eens van vlag verwisselt.
Volgens het Voorberigt werd de Auteur door de gunstige ontvangst van een vroeger product, getiteld: ‘Jacoba van Beijeren’, aangemoedigd, zijne krachten te beproeven aan het ‘opstellen van een verhaal’, waartoe de rampen der jeugdige ada van Holland den grondslag zouden geven.
De keus was niet ongelukkig. De stoffe is rijk genoeg voor eene romantische behandeling. Lambrechts is de eerste niet, wie 't dichterlijk element in dit thema als nedergelegd, in 't oog viel. Twintig jaren geleden schreef sieburgh - zoo wij meenen 't pseudoniem van wijlen van der hoop, de vader - een boek onder denzelfden titel, dat, uitgenomen 't ietwat kleurige, dat den navolger van victor hugo verried, met te veel talent geschreven was, om den rijkdom van 't onderwerp niet te doen opmerken, waar een geniaal auteur 't zich ter behandeling koos.
De arbeid van sieburgh en lambrechts levert echter een hemelsbreed verschil op. 't Is een boek, dat noch de kleur des tijds draagt waarin de handeling voorvalt, noch in eenig opzigt bewijst, dat er partij is getrokken van de karakters der hoofdfiguren, zooals de geschiedenis die aangeeft.
't Is niets meer dan een dor verhaal der fciten, waartoe