schappij niet mogelijk. Van daar almede de innige vereering bij Grieken, Latijnen, Egyptenaren van hunne demeter, ceres, isis, die hun de kennis van den landbouw aangebragt zon hebben. Maar waar zouden we ophouden, wilden we slechts met enkele woorden aanstippen hoe velerlei gebruik de mensch maakt van hetgeen de planten hem opleveren! Onze bedoeling was alleen de aandacht te vestigen op het werk, dat ter aankondiging voor ons ligt, en dat niet, zoo als de titel van ‘Toegepaste Kruidkunde’ velen zou doen vermoeden, alleen handelt over geneeskrachtige planten, waarom het dan ook in wijderen kring verdient bekend te zijn, dan alleen bij hen die zich met de geneeskundige wetenschappen bezig houden. Des Schr.'s
bedoeling was namelijk om bovendien te vermelden ‘al die gewassen, welke, hetzij als grondstoffen voor onderscheidene fabrieken, als voedsel voor mensch of vee, of als gewigtige voorwerpen van onzen vaderlandschen landbouw, als schadelijke onkruiden en, in het bijzonder ook, als meer of min gevaarlijke vergiften, verdienen gekend te worden.’ Eene niet geringe verdienste van het werk achten we, dat in een zoo kort bestek zoo veel gegeven wordt. Zijne bruikbaarheid is verder zeer verhoogd door een uitvoerig register, achter aan het werk geplaatst. En daarom kunnen we met den hooggeleerden Schr. wenschen, dat het moge strekken ‘zoo tot nut der studiën aan onze Hoogescholen en aan andere diergelijke Inrigtingen, als ook tot hulp- en handboek voor hen, die reeds meer in de praktische wereld verkeeren.’
z.
s.