diepte en concinniteit brengt daarom geene onklaarheid meê Nog wordt de ‘methodische groepering der vele en ongelijksoortige onderwerpen, die de kerkhistorie omvat’, dierwijze geprezen, als ware ze aan k. bijzonder eigen, daar ons toch, zonder nu juist die van k. af te keuren, de groepering van hase nog wel zoo geleidelijk voorkomt. Hooren we k. zelven eens over zijnen mededinger. ‘K. hase te Jena schreef een bij uitstek geestrijk, frisch, zinrijk, aesthetisch schoon leerboek. Hij onderscheidde zich door juiste karakteristiek en boeide den lezer door zijne voortdurende, geestige, dikwijls raadselachtige uitdrukkingen, aan de bronnen ontleend.’ Waarom dan niet zulk een boek, lees- evenzeer als leerboek, ter overzetting gekozen? waarom dat van k. uitgekipt?
Ten behoeve, zoo wij 't begrijpen, van onze Nederlandsche gematigde orthodoxie, van de rigting Ernst en Vrede. Eene zoodanige bedoeling alleen tempert, als tot het naauwluisterend gebied des gewetens behoorende, de impiëteit, dat uit den boezem der Utrechtsche Hoogeschool zelve al zoo spoedig eene poging wordt aangewend, om het nagelaten compendium van haren grooten roijaards te verdringen. En, met dit doel voor oogen, willen we aan 't werk van k. de aanprijzende getuigenis niet weigeren, dat het in een zuiveren en vloeijenden stijl is geschreven, dat het menig nieuw en treffend gezigtspunt, menige fiksche schets - lees b.v. die van de Piëtisten of Herrnhutters - bevat, en dat de orthodoxe geest, die het bezielt, de perken der gematigdheid en humaniteit niet overschrijdt. Deze orthodoxie van k., welke ook ten onzent door zijne bestrijding van bähr's zoenoffer-theorie reeds voorlang bekend is geworden, is overigens tweeledig: orthodoxkatholiek en orthodox-luthersch. Beide deze beschouwingswijzen stralen in 't onderhavige werk overal door: beide ook - wat we niet anders dan beklagen en laken kunnen - doen ze aan de eischen eener onpartijdige waarheidlievendheid menigmaal afbreuk: een marcion o.a. - vergelijk neander eens over hem -, een origenes, arius, wiens uiteinde - zie kist in de Gesch. der Chr. Kerk in Taf., II, bl. 148 v. - met stilzwijgen wordt voorbijgegaan, berengarius, abaelard, zwingli hebben alle reden om tegen de kerkelijke vooringenomenheid van k. ernstig protest in te leggen.
Wonderlijk toch, dat onze oud-Calvinisten heden ten dage