kiest, uit de andere zoo veel mededeelt als noodig is, om hem er een algemeen begrip van te geven. Passen wij dit beginsel hier toe, dan wordt alles duidelijk.
De hoofdverdeeling, waardoor reeds spinoza alles wat bestaat gesplitst heeft, is die van uitgebreidheid en denken. Zonder ons nu hier met het onderzoek naar den metaphysischen zamenhang tusschen ligchaam en ziel in te laten, waaromtrent trouwens met zekerheid weinig kan gezegd worden, meenen wij te kunnen beweren: dat werkelijk de verschijnselen die zich aan ons voordoen, uitnemend goed onder eene der twee categoriën, die der uitgebreidheid, of die van het denken, kunnen gerangschikt worden, en dat alle wetenschappen volgens deze verdeeling tot eene dier twee categoriën kunnen gebragt worden; zoodat, om nu de akademische verdeeling in vijf faculteiten te behouden, de regtsgeleerdheid, de godgeleerdheid en de letterkunde voorwerpen beoefenen, die tot de categorie van het denken behooren; terwijl de natuurkundige wetenschappen en de medicijnen zaken behandelen, die onder de categorie der uitgebreidheid begrepen zijn. Wil men nu op dezen stand van zaken het beginsel toepassen, dat eenzijdigheid moet vermeden worden, zonder de zoo noodzakelijke verdeeling van den arbeid uit het oog te verliezen; dan is het aan den eenen kant te veel, wanneer men iemand die één vak beoefent, verscheidene specialiteiten uit een ander laat leeren: en aan den anderen kant is het te weinig; want het is hier niet om enkele vakken te doen, maar om allen; en niet om naauwkeurige kennis van specialiteiten, maar om een algemeen overzigt. Zulk een algemeen overzigt nu kan uit twee oogpunten beschouwd worden. Het kan dienen om allen, die verschillende specialiteiten, welke onder ééne categorie vallen, beoefenen, door eenen gemeenschappelijken band te verbinden; het kan tevens dienen, om allen die tot de eene categorie behooren, met de hoofdzaken der andere categorie bekend te maken. Beide doeleinden kunnen en moeten te gelijk bereikt worden, om de universiteit werkelijk tot eene universiteit, tot eene leerschool voor
algemeene wetenschappelijke vorming te maken, en daardoor, zonder de verdeeling van den arbeid, die bij den grooten omvang der wetenschappen volstrekt noodig is, uit het oog te verliezen, eenzijdigheid te verhinderen. De wijze waarop zulks kan tot stand