Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1856

In het boek der bezoekeren van de bewaarschool te voorburg.

Bloemen uit verre gewesten verplant

Moeten gekweekt met beleid en verstand;

Trouwer nog die uit den hemelschen hof:

Eindlooze geesten in eindige stof.

Eere, wie zielen aan zinnen gepaard

Vroeg voor gevaar en verleiding bewaart!

Eere, wie 't komend geslacht in de jeugd

Stemt voor de vreeze des Heeren en deugd!

Nuttig gesticht, waar de liefde dat doet,

Spelend haar leert, en haar, leerend, behoedt!

Schole, van buiten en binnen zoo schoon,

'k Wensch die u stichtte het edelste loon!

Bloei! o Bloei immer voor talrijker schaar;

De armen ten nutte; ter eere van Haar!^(*)

Bloei, en zie immer - wat hoopte zij méér? -

Al uw bewaarden bewaard voor den Heer!

21 Januarij 1856.

c.g. withuys.

(*) De Baronnesse van wassenaar, geb. hofman.