Kerk wordt geduld (!) Hij verlangt dat die geest daar worde aangekweekt bij verlichte priesters en leden, en deelt daartoe zijne raadgevingen en opmerkingen mede. De vredelievende man herinnert zich nog met blijkbaar genoegen de verschijnsels van zulk een Evangelischen geest in de Kerk van Rome, die zich in zijne vroegere dagen hebben geopenbaard. Terwijl hij afkeerig is van eene proselietenjagt die niet door den regten geest wordt bestuurd, wenscht hij de verspreiding van den Bijbel onder de Roomschgezinden, en verlangt hij de Kerkleer, na erasmus te Trente vastgesteld, in den geest van erasmus verzacht en gewijzigd (?!) Het heeft iets vertroostends, voor elk die op de woelingen der Ultramontanen in onze dagen met smart en verontwaardiging ziet, zich te verdiepen in de gedachte, dat er in ons Vaderland bij geestelijken en leeken zulk een erasmus-geest niet te vergeefs zou worden gezocht. Hoe zullen de zoodanigen met leedwezen opmerken dat de geest van het Jezuïtisme, die reeds sedert eene en een halve eeuw den vrijeren geest van het echte Nederlandsche Katholicisme als Jansenisme heeft gesmaad en onderdrukt, - in den laatsten tijd met kracht zich doet gelden, en onbeperkt wil heerschen. Hoe zullen zulke verlichte leden der Roomsche Kerk in ons Vaderland, bij het lezen van de woorden des liefdevollen grijsaards, zich beklagen over den zoo verderfelijken, door hen nog veel meer dan door eenig Protestant gekenden geest, die thans in hunne Kerk alle vrijheid moordt, den Bijbel wegsluit, het onzinnigste bijgeloof predikt, en terstond alle teckenen van leven er weet te smoren. Hoe veel beter zou het wezen met velen onder hen, die nu zich schamen, ergeren en bedroeven over den achteruitgang hunner Kerk, en die daarom de hun te zeer bekende Godsdienst-oefeningen, in eigen heiligdom, zoo wel als de hun onbekende en onbeminde Godsdienst-oefeningen in een van kindsbeen af gehaat Hervormd kerkgebouw,
nalaten. Verlichte Katholieken! - In Nederland zijn zij geweest, en nog worden zij er gevonden; - o, zoo zij zich naar den raad van onzen broes vereenigden tegen de magt van loijola onder ons, en in een contra-Ultramontaansch blad hunnen geest meer algemeen onder onze honderdduizenden Roomschen wisten te verspreiden - hoe veel anders zou het worden! Dan zou de Hervormde Kerk, hare eigen zegeningen dankbaar erkennende, met hartelijke liefde den blik slaan op de Roomsche Zusterkerk, en zich