van het volk eene andere rigting gegeven, dan zou de proeve aan de Saramakka naar wensch zijn geslaagd.’ Noch het een, noch het ander gebeurde, en hetgeen vooral noodlottig op de zedelijke kracht der kolonisten werkte was, dat ze bij het Bestuur als arbeiders in dagloon werden genomen, en daarbij geheel en al tot traagheid en onverschilligheid vervielen. - De Schets gaat van eenige Tabellen verzeld, waarvan No. IV genoegzaam doet zien, in welken toestand zich die kolonisten bevinden, welke nabij de stad zijn gevestigd, om door eigen landbouw en veeteelt een bestaan te verkrijgen. De getal-sterkte op 1 Mei 1855 bedroeg 73 zielen, waarvan de helft vrouwen en kinderen waren. Te hunnen opzigte leest men op bl. 253 de volgende woorden, welke allezins hoop geven op betere uitkomsten van volgende kolonisatiën, wanneer die met verstand worden geleid: ‘De landbouw dien zij beoefenen, heeft geenen schadelijken invloed op hunnen gezondheidstoestand. En evenwel bedraagt hun werk - zoo als het delven van waterleidingen, het voet voor voet diep omspitten van den grond, het beplanten en bemesten, de verzorging van het vee, het inoogsten en afzetten der producten, waarmede soms één paar handen zijn belast - meer dan de arbeid, dien men op de plantaadjen door de Negers ziet verrigten.’
Van denzelfden Heer a. copijn volgt verder een ‘Plan van kolonisatie in Suriname’, dat echter, naar ons gevoelen, op verkeerde grondslagen rust, wijl 't daartoe eene loterij voorstelt. Wij bevelen het echter in de overweging van bekwame mannen aan, als kunnende dan misschien tot meer uitvoerbare en doelmatiger ontwerpen aanleiding geven.
De opstellen over den gevallen regen van 1847-1854 - ofschoon de Tabellen en vergelijkingen belangrijk zijn - en over de vanilla-soorten in Suriname, vermelden wij slechts in het voorbijgaan; doch wij poosden met genoegen bij hetgeen op bl. 286-296 gezegd wordt over de ‘Neger-Engelsche Taal’ die in Suriname wordt gesproken. Dit stuk, in het Hoogduitsch opgesteld door den Heer h.r. wullschlägel, een der Zendelingen van de Moravische Broederschap in Suriname, geeft voor het eerst het Neger-Engelsch als Taal te beschouwen. Het stuk is zeer belangrijk; want men verneemt er uit hoe onderscheidene dier Zendelingen zich achtervolgens met