Wij onthouden ons natuurlijk van eene beoordeeling, of alle gevolgtrekkingen, b.v. aangaande den tijd waarop het menschelijk geslacht deze aarde kwam bewonen, enz., als volkomen zeker moeten worden aangemerkt; maar dit zijn ook punten, waaromtrent de wetenschap haar laatste woord nog niet heeft gesproken, en waaromtrent de Schrijver zelf dan ook erkent, dat alleen van meerdere of mindere waarschijnlijkheid sprake is.
Waar in andere landen de oppervlakte van den bodem, de bergen, die zich van rondom verheffen, de lagen, die bij het doorbreken van tunnels, of door de werking des waters zigtbaar werden, zelven de gedenkpenningen der schepping rijkelijk aanbieden, en ieders oog en aandacht daarheen wordt getrokken, kunnen misschien dergelijke werken nog eerder gemist worden, - wie het eens als het schrift der grijze oudheid erkend heeft, en vernam wat groote gebeurtenissen het verkondigt, zal ligt zijne krachten er aan wijden om het te verstaan; maar in een land als het onze, dat zijne bewoners zeker wel, als zij er eens opmerkzaam op gemaakt zijn, veel stof tot onderzoek oplevert, maar hen niet daartoe uitlokt en aanspoort, en waar toch eene betere studie der geologie zoo zeer wenschelijk was, omdat zij als wetenschap zoo hoogen rang begint in te nemen, omdat wij, met meerdere kennis daarvan, zoo veel meen nut zouden kunnen trekken uit onze Overzeesche bezittingen, omdat wij met meerdere kennis zoo veel meer kans hadden, den daar bedolven rijkdom op te sporen, - moet eene vertaling van burmeister's Geschichte der Schöpfung als een hoogst welkom verschijnsel worden begroet.’
Dit oordeel van eene zoo bevoegde pen is bewijs genoeg dat het werk verdient algemeen gekend en gelezen te worden. Wij willen er alleen nog bijvoegen: dat men er overal vindt naauwkeurigheid en duidelijkheid in het verklaren en beschrijven der zaken, gepaard aan keurige eenvoudigheid en netheid van stijl; zelfs dáár, waar een dieper indringen in de natuurverschijnselen niet was te vermijden.
Een wetenschappelijk boek in eene andere taal overgebragt, behoudt alleen dán zijne waarde, wanneer de vertolking met grondige kennis van zaken geschiedt. Ten aanzien dezer ‘Geschiedenis der Schepping’ is het ons een genoegen te kunnen zeggen: dat de vertaling overvloedige bewijzen aanbiedt, dat