Katholiek meer gelooft. Intusschen dient het wel te worden opgemerkt, dat er bij de voorstelling der Roomsche leer nooit dient gevraagd te worden naar hetgeen deze en gene leek, zelfs niet naar hetgeen de een of ander priester over eenig leerstuk oordeelt. Daar moet alleen gevraagd worden naar de Kerk-leer zoo als die in het Concilie te Trente is vastgesteld, onherroepelijk vastgesteld en gehandhaafd; en wie daaraan niet vasthoudt, moet beschouwd worden als een ketter, die ongehoorzaam is aan hetgeen eenmaal is besloten, en dus - de vervloeking waardig. Waar gij, b.v., dan in onze dagen door een of ander Roomschgezinde de volstrekte noodzakelijkheid van de biecht tot zaligheid ziet ontkend, op grond van hetgeen een zijner geestelijken daarvan sprak, - daar hebt gij te onderzoeken of deze voorstelling al of niet overeenkomt met hetgeen de Moederkerk leert, die voor de kleinste verandering en afwijking van hetgeen zij heeft geboden te gelooven, met haar dreigend anathema gereed staat. Het is dus, èn voor Protestanten, èn voor Roomschgezinden, die willen nadenken, goed, dat geschriften als het bovenstaande worden bekend gemaakt, en verkrijgbaar gesteld voor eenen zoo goedkoopen prijs als de Uitgever van der wiel in het belang van de zaak der waarheid deed. De beroemde de sanctis, die onder de mannen der wetenschap in Rome's Kerk eene zeer voordeelige plaats had ingenomen, en wien niemand onkunde of kwade trouw zal kunnen ten laste leggen, heeft dan hier de biecht voorgesteld zoo als de authentieke Katechismus der Roomsche Kerk haar leert en gebiedt aan te nemen. Hij vergelijkt deze biecht met de zonden-belijdenis bij de Protestanten; toont aan hoe de biecht, door Trente voorgeschreven, niet steunt op Gods Woord, maar, integendeel, daartegen strijdt; hoe zij door het gezond verstand wordt gewraakt; hoe zij verderfelijk is voor het geloof en de zedelijkheid; allen vooruitgang in de Godsdienst onmogelijk
maakt; allerschadelijkst werkt voor het individu, voor het gezin, voor de maatschappij, en als eene algemeene, georganiseerde en volmaakte bespieding het ergste despotisme op den troon stelt. Het is een rijkdom van zaken, die hier in geschikten vorm voor eenige stuivers wordt geschonken. En werd dit geschrift, even als vele andere zijner werken, reeds voor menig zijner landgenooten een middel om van de