digende Hiërarchie, bestreed de ongeregeldheden der bedelmonniken, verdedigde de regten der Kroon tegen de heerschen schraapzucht van het Pauselijke hof, en waagde het zelfs - een groot bestaan op zijn standpunt van Hoogleeraar en Priester - het geldende leerstelsel aan te randen. Met de Heilige Schrift in de hand, die hij voor den grooten regel van geloof en wandel hield, verwierp hij de transsubstantiatie-leer, en deelde omtrent het geloof en de Christelijke liefde, omtrent dagelijksche en doodzonden, en omtrent de aflaten en vereering der Heiligen, begrippen mede, die hem den naam van ‘Patriarch der Protestanten’ waardig maken. Was zijn invloed op geleerden en op velen uit het volk groot, ook onder de aanzienlijken vond hij magtige beschermers, die zijne diensten inriepen in de toen gevoerd wordende onderhandelingen met het Pauselijke hof van
Avignon. Maar groot was ook de tegenstand der hooge geestelijkheid, waardoor hij zich echter niet liet afschrikken van het volharden in zijne pogingen tot verbetering zijner tijdgenooten.
De Schrijver heeft geene moeite ontzien, om door het verzamelen van de noodige bouwstoffen, en door de ijverige bestudering van de talrijke handschriften van wiclef's schriften, die te Oxford en elders aanwezig zijn, aan zijn werk eene blijvende waarde bij te zetten. Ter afwering der beschuldiging van inconsequentie, door wiclef's vijanden tegen dezen ingebragt, bevlijtigt hij zich, den tijd der uitgave van zijne verschillende schriften uit inwendige kenteekenen op te sporen, en doet ons zien, hoe veel meer ontwikkeld zijne latere denkbeelden boven de vroegere waren. Het boek, voor den geleerden stand in de eerste plaats bestemd, zal echter ook door iederen beschaafden lezer met vrucht kunnen gebruikt worden. De S. bepaalt zich toch niet tot wiclef, dien hij sprekende en handelende laat optreden, maar maakt ons ook bekend met den maatschappelijken en zedelijken toestand des volks, met de gesteldheid van het platteland, van Londen en andere steden, en met de eigenaardige gewoonten en levenswijze van dien tijd, en deelt zijne opmerkingen mede over roger bacon en andere beroemde mannen. Met genoegen lazen wij zijne beschrijving van schoone natuurtooneelen, van Oxfords vroegeren bouwtrant, collegiën, en van het studentenleven aldaar.