handleiding tot den aanleg van Kunstweiden en Grasperken, waarin die verschillen duidelijk worden opgegeven.
In het derde Hoofdstuk, over wisselbouwerij, komt veel goeds voor, en even zoo is de vorm waarin de zaken hier voorgedragen zijn, beter gelukt: maar toch kan Ref. ook hier eene enkele aanmerking niet terughouden. Zoo wordt op bl. 22 gesproken van gewassen, ‘die een diepgaand en sterker wortelvermogen hebben dan de granen en een meer of minder groot bladvermogen’. - Waarschijnlijk wordt hiermede bedoeld dat die planten met de wortels dieper in den grond gaan en tevens meer bladeren bezitten, die den grond beschaduwen en voedsel uit de lucht putten kunnen. Maar het mag betwijfeld worden, of de uitdrukkingen: wortelvermogen, bladvermogen geschikt zijn om heldere begrippen over plantenleven en plantenvoeding te verspreiden.
Bl. 25 wordt de beetwortel genoemd onder die planten die jaren achtereen op denzelfden grond goed geteeld kunnen worden. In hoe verre dit onjuist is, heeft men in Frankrijk geleerd, waar de beetwortel, van wege de groote voordeelen bij de suikerbereiding herhaaldelijk op denzelfden grond geteeld, minder en minder opleverde en ten laatste door eene ziekte werd aangedaan, die, volgens de onderzoekingen van payen, enkel een gevolg was van de uitputting van den grond.
In de overige Hoofdstukken vindt men, even als in de genoemde, dikwijls zeer goede, hoewel niet nieuwe, wenken, helder en duidelijk uitgedrukt, maar daarnevens soms vrij duistere begrippen of onnaauwkeurige uitdrukkingen. En terwijl bij de mestspeciën en de bewerking van het land uitvoerige berekeningen gegeven worden van de onkosten der verschillende soorten en handelwijzen, is aan het zoo belangrijke onderwerp van het zevende Hoofdstuk (zaadkoren, pooters, enz.) nog niet ééne bladzijde gewijd.
Eindelijk wordt het boekje besloten met eene ‘Toegift’, waarin men in 7 bladzijden druks afzonderlijk gesproken vindt over: vaste sterren, planeten, cometen, zon, maan, wolken, mist, dauw, lucht, donder en bliksem, noorderlicht, dwaallichtjes, regenboog, waterhoozen, aardbeving, echo, sterrekunde, natuurlijke historie, physica, scheikunde, meteorologie en geologie. - Zelfs den grootsten geleerde en meest algemeen