Harptoonen. Dichterlijke Mengelingen door Erica.Te Zutphen, bij A.E.C. van Someren. 1854. In kl. 8vo. 112 bl.
Het spijt ons dat wij in deze zoogenaamde Harptoonen zoo weinig hebben gevonden, dat getuigenis geeft van een gunstigen dichterlijken aanleg. De Auteur, die zich erica (heidebloem) noemt, heeft zeker met den titel willen te kennen geven dat het godsdienstige gedichten zijn die hier worden aangeboden, en wij, die niet te streng zijn in onze eischen en jeugdige talenten liever aanmoedigen dan ontmoedigen, zouden gaarne menig gebrek hebben verschoond, indien wij iets beters hadden gevonden dan het meest middelmatig gerijmel. De godsdienstige geest die in de hier geschonken stukjes doorstraalt, was wèl geschikt om ons gunstig to stemmen, maar wij voelen ons toch gedrongen aan te merken, dat het nog niet de uitgave van een bundel verzen regtvaardigt wanneer men toont eenige goede gewone denkbeelden in maat en op rijm te kunnen brengen. Met zulk eene beperkte bekwaamheid moge men in zijn maatschappelijken of huiselijken kring nu en dan een versje maken, en hun die men lief heeft en door wie men bemind wordt daar genoegen mede doen, dat geeft nog geene reden om ook bij het publiek op bijval te rekenen; integendeel als eene onpartijdige en regtvaardige kritiek gedwongen wordt om van de vruchten van zulk een arbeid kennis te nemen, moet men zich verzekerd houden geene goedkeuring te zullen vinden. Dat jeugdige menschen, die soms iets maken, hetwelk bij onkundigen voor een dichtstukje geldt, door de toejuiching van betrekkingen of vrienden in den waan worden gebragt, dat zij ook buiten dien kring naar lauweren kunnen dingen, is hun echter niet zoo zeer ten kwade te duiden, onbewust als zij zijn van het wezen der kunst en van hetgeen in den dichter wordt verlangd en gevorderd. Maar 't is daarom voor deskundigen pligt om de zoodanigen, wier verzen ten eenemale ontbloot zijn van sporen van poëtisch genie, aan zich-zelven bekend te maken en hen terug te roepen van den ingeslagen weg. De zedige, godsdienstige Auteur dezer
‘Harptoonen’ blijve, overeenkomstig den aangenomen naam, eene bloem die op de heide in 't verborgen bloeit, en zoeke geene plaats in den