Lord Chesterfield's Wenken voor zijnen Zoon, bij zijne intrede in de wereld. Naar het Engelsch. Te Haarlem, bij J.J. van Brederode. 1853. In kl. 8vo. 115 bl. f :-75.
Lord chesterfields werken in het algemeen, en zijne brieven aan zijnen natuurlijken, maar door hem, onder den naam stanhope, aangenomen zoon in het bijzonder, zijn te algemeen bekend dan dat wij zijne daaruit getrokken wenken uitvoerig zouden behoeven aan te kondigen. Te minder behoeven wij zulks, daar vele van die wenken, lessen en raadgevingen reeds vóór lang ook door vertalingen bij ons publiek bekend zijn. Aanbeveling verdienen zij echter bij vernieuwing. Immers mogen vele ook dier bovenstaande wenken den toets der strenge Christelijke zedekunde niet kunnen doorstaan, zij zijn toch ontegenzeggelijk uitvloeisels van eenen diepen blik in het maatschappelijk leven en in het menschelijk hart; zij doen ons telkens eenen man kennen die, door fijne opmerking, veel levenswijsheid vergaderd had in zijnen langdurigen en schitterenden levensloop. Zij zijn, daarenboven, in hooge mate bevorderlijk om die onschatbare levenswijsheid te verkrijgen. - Hoe hoog men chesterfield schatte, blijkt onder anderen uit een niet onaardig gezegde van johnson: ‘Chesterfield was een vernuft onder de Lords, en een Lord onder de vernuften.’
Den schat van opmerkingen en levenswijsheid dien men in bovenstaande wenken vindt, koopt men voor vijftien stuivers waarlijk niet te duur.
†-.