Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1853

Bijbelsch dagschrift, of de invloed des Christendoms op huiselijk en maatschappelijk geluk, in godsdienstige overdenkingen op iederen dag des jaars 1852. Met platen. Te 's Gravenhage, bij A. Kloots en Comp. 1852. In gr. 8vo. 825 bl. f 4-80.

De Jaargang van het Bijbelsch dagschrift, dien wij thans aankondigen is reeds de zestiende. Zonder de vorige Jaargangen te kennen, doen wij het, na ons met dezen eenigzins naauwkeurig bekend gemaakt te hebben, met groote vrijmoedigheid. Waarlijk, wij kunnen niet anders dan ons hartelijk verheugen over den regt Christelijken inhoud van dit Dagschrift en den zuiver Evangelischen toon, die daarin is aangeslagen. De stukjes, telkens voor éénen dag bestemd, zijn doorgaans weinig meer dan twee compres gedrukte bladzijden groot, en bevatten, behalve eene godsdienstige overdenking naar aanleiding van den eenen of anderen tekst die aan het hoofd staat uitgedrukt, aan het einde eene opgave van eenig grooter toepasselijk gedeelte der Schrift en van gepaste Psalmen Gezangverzen. Zoo is er voor elken dag gezorgd, dat het in het Christelijk gezin niet aan onderwijs, opwekking en ernstig vermaan ontbreke. Soms hangen de teksten van eenige volgende dagen onderling zamen en maken dan een zeker geheel uit, door denzelfden medearbeider bewerkt. Er wordt

[p. 488]

hier voorts op zon- en feestdagen en op andere belangrijke bijzonderheden, die in den loop des jaars voorkomen, hehoorlijk acht gegeven en van alles, wat, onder hoogeren zegen, de stichting bevorderen kan, zooveel mogelijk partij getrokken. Te ontkennen is het niet, dat niet elk opstel even gelukkig is uitgevallen en sommigen zich in het algemeene verliezen; maar er is toch, meenen wij, niet één onder, dat zijne plaats ten eenemale onwaardig is; niet één, waarvan de lezing en overpeinzing niet hier en daar een goeden indruk kan hebben achtergelaten. Het kan van ons niet gevergd worden, om nu tot in bijzonderheden af te dalen; en tegenover de verschillende medearbeiders, waarvan eenigen hunne initialen opgeven, ware dat zelfs minder heusch. Genoeg, dat zij een nuttigen en niet gemakkelijken arbeid voor het jaar 1852 verrigt hebben, die, ook weder gedurende dit jaar voortgezet, ruimschoots aanbeveling en ondersteuning verdient. De Uitgevers, die elke Aflevering, op zwaar velijn papier, verkrijgbaar stellen tegen 40 cents, en den Jaargang met vier fraaije platen, uit de Bijbelsche en Kerkelijke geschiedenis, een fraai nieuw titelvignet en een uitvoerigen Dagwijzer versieren, doen wat zij kunnen en hebben aanspraak op goedkeuring en lof. Ten einde de lezing van dit geschrift, zooveel mogelijk, tot alle standen uit te strekken, berigten zij zelfs, dat er ook exemplaren op ord. velijn, met twee platen, zonder voorwerk, te bekomen zijn tegen 30 cents en, geheel zonder plaat- of voorwerk, tegen 20 cents de Aflevering. Zoo behoeft dan niemand te ontberen wat dienen kan tot zijne dagelijksche stichting. Wij prijzen onze dagen gelukkig, die zulke gepaste hulpmiddelen opleveren tot bevordering der huiselijke godsdienstoefening, en wenschen den Schrijvers, nevens bekwaamheid ook lust en ijver, om op den ingeslagen weg voort te gaan. 't Is een nederige arbeid, dien zij verrigten, maar waarop een rijke zegen rusten kan. Hebben eenigen hunne namen verborgen gehouden, er worden onder de medearbeiders voor 1853 met meer anderen genoemd: oort en van koetsveld van 's Hage, rutgers van Groningen, proes van Leeuwarden, molenkamp en haverkorn van rijsewijk van Delft, dumans van Zierikzee, vorstman van Gouda enz.