De Staatsregelingen in Europa, sedert 1848. Eene bijdrage tot de kennis van het hedendaagsche Staatsregt. Door Iz. J. Lion, Stenograaph bij de Kamers der Staten-Generaal. Eerste Stuk. Te 's Gravenhage, bij H.C. Susan, C.H.z. 1852. In gr. 8vo. IV en 126 bl. f 1-40.
Op zich-zelven moge het een onvruchtbare arbeid schijnen, eenige nieuwe Staatsregelingen, die in den regel in het Fransch of Duitsch gedrukt, en dus voor den beschaafden Nederlander gemakkelijk leesbaar zijn, in het Nederduitsch te vertolken. Men zal echter dit oppervlakkig oordeel terugnemen na eene meer zorgvuldige kennismaking met het werk van den Heer lion. Hij geeft niet slechts de vertaling der Staatsregelingen; maar hij stelt vóórop eene korte geschiedenis der Staats-instellingen van ieder volk, en voegt bij de vertaling vele belangrijke aanteekeningen, die een overzigt aanbieden van de Staatkundige gesteldheid, van de uitvoering nagaan bij organieke Wetten aan de Staatsregelingen-zelve gegeven, en de naauwkeurige bekendheid met de nieuwe regerings-vormen en instellingen-zelve bevorderen. Met regt kon hij dus zijn werk eene bijdrage noemen tot de kennis van het hedendaagsche Staatsregt, en aan den Minister van Binnenlandsche Zaken opdragen. Een werk als dit mag in de boekerij van geenen geschiedkundige of beoefenaar van het Staatsregt ontbreken; en de lezing en overweging daarvan zal reeds voor de Academische jongelingschap veelzins nuttig kunnen zijn.
Dit Eerste Stuk geeft, na eene belangrijke Inleiding van 20 bladzijden, de vertaling der Staatsregeling van het Zwitsersche Bondgenootschap, op den 12 September 1848 afgekondigd, bl. 21-60, met talrijke aanteekeningen; voorts, bl. 61-89, eene Inleiding op de Fransche Staatsregeling van 4 November 1848, en die Staatsregeling-zelve met vele aanteekeningen, bl. 90-126. Hier kon de Schrijver gelukkig juist de uitgave van zijn werk afbreken, om er nog in 't eerstvolgende stuk de geoctroijeerde Constitutie van 14 Januarij 1852, bij te voe-