Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1852
(1852)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 121]
| |
menige overhaasting in den stijl en den drukGa naar voetnoot(⋆), en menig min doordacht, straks weder verlaten of betwijfeld voorstel van wijziging in het belastingstelsel. En toch heeft dit boekje eene blijvende waarde: niet om de statistieke opgaven omtrent den toestand onzer plaatselijke belastingen; want de Schrijvers erkennen, dat die hoogst onvolledig zijn; en men vindt in de tabellen, die na uitgave van dit boekje bij de verdere raadpleging over de Gemeente-wet in de Staten-Generaal zijn medegedeeld, ettelijke meer deugdelijke opgaven. De blijvende waarde van dit boekje bestaat evenmin in de aanmerkingen door de Schrijvers gemaakt op dat gedeelte van de ontworpen Gemeente-wet, 't welk over plaatselijke belastingen handelde; want deels zijn die aanmerkingen door den Heer de bruyn kops en anderen reeds wederlegd, deels door wijziging van het ontwerp grootelijks vervallen. Dit boekje verdient echter blijvende belangstelling op te wekken, om de vermelding van hetgeen in andere landen, bepaaldelijk in Frankrijk en België, voorgesteld en beproefd is, om het stelsel der plaatselijke belastingen te verbeteren. Tot dus verre schijnt het evenwel nog niet gelukt te zijn, een volmaakt en algemeen werkend middel uit te denken, om in de bezwaren, die bij een stelsel van Indirecte plaatselijke Belasting gevoeld worden, behoorlijk te voorzien. Onder deze omstandigheden acht Ref. het een groot geluk, dat bij de aangenomen Gemeente-wet eenige goede beginselen zijn vastgesteld, en voorts de aandacht der Gemeente-besturen uit nooddwang op deze aangelegenheid is gevestigd. Het is bekend, dat, op ettelijke plaatsen, de afschaffing van de Indirecte Belasting op de eerste levensbehoeften reeds een gelukkig gevolg van de wettelijke maatregelen geweest is. Deels door | |
[pagina 122]
| |
bezuiniging, deels door opcenten op de Directe Rijksbelasting, deels door hoofdelijke omslagen op billijken voet, volgens zekere grondslagen daar te stellen, schijnt vrij algemeen aan de wettelijke vereischten te kunnen worden voldaan. In het voorbijgaan teekenen wij een protest aan, tegen hetgeen op bl. 50 te lezen staat, dat men de hoop zou mogen voeden, ‘dat de overtuiging meer veld zal winnen, dat de armenbedeeling aan kerkelijke en bijzondere liefdadigheid moet worden overgelaten.’ Ref. meent daaromtrent mede gerustelijk naar het jongst uitgekomen werkje van den Heer de bruyn kopsGa naar voetnoot(⋆) te mogen verwijzen. Overigens is de zaak van de plaatselijke belastingen nog genoeg aan de orde van den dag, om dit geschrift aan de aandacht der belanghebbenden of belangstellenden te blijven aanbevelen. |
|