Dit alles is op dit werk volkomen van toepassing. Men erkent in alle brieven den zelfden steller, zelfs de keuze van woorden en voorstellingen zijn in allen dezelfden. De ixe brief, b.v., is geen brief van een zeventienjarig meisje; de xe niet die van een even ouden knaap. Mevrouw de la cour heeft brieven geschreven aan champin, dat zou eene zoodanige vrouw niet hebben gedaan als haar de pen niet in de hand gewrongen ware.
De intrigue, dat groote raadsel der romans, dat geliefkoosde geheimzinnige der waarheden of verdichtselen, is in haar beloop zeer eenvoudig. De held der intrigue is een vondeling, op- en aangenomen door den leeraar; hij bemint de dochter van den voorzanger, wordt er mede verloofd, doch het huwelijk breekt af ten gevolge van den invloed van een omgekochten intriguant; het meisje krijgt de tering, en nog eenige dagen vóór haren dood wordt de hereeniging, doch te laat, verkregen. En wat nu de hoofdpersonen betreft - de leeraar is een dorpsleeraar zoo als zij veelal worden geschilderd: hij paart geleerdheid met eenvoudigheid, achtbaarheid aan nederigheid, menschenmin aan onbaatzuchtigheid; hij is, wat hij behoort te zijn: een dienaar des Heeren. Zijn beeld mag met regt aan vele zijner ambtsbroeders aangeprezen worden. De voorzanger is een man, euvel gaande aan het zwak van de meesten zijner ambtsbroeders; hij ziet het trapje naar den lessenaar, niet zelden voor den trap naar den kansel aan. Hij is een man, die, zoo als de meesten zouden zijn, ongenegen zijne dochter aan een vondeling te geven; doch wordt door de rede van den leeraar verweekt, en is nu even standvastig in zijn voornemen om zijn kind af te staan; maar bezwijkt eindelijk voor de listige en boosaardige inblazingen van een ouden zoogenaamden vriend, die niet deugt en een werktuig is van den jongen heer de la cour, die liefde heeft opgevat voor de dochter des voorzangers. Alle deze hoofdpersonen zijn zeer goed, dat van den geslepen champin is uitmuntend geschilderd. De kunst van het werk ligt eigenlijk in de uitgewerkte laagheden en wraakoefening van dit zedelijke monster, dat kwaad doet zonder de rust