niet bedoeld, en zijne bedenkingen tegen het onzekere en alleen in eene kunstmatige verdeeling aannemelijke kenmerk, worden door des Schrijvers redeneringen over den invloed van de plaatsing der vinnen op de levenswijze en den vorm der visschen, bl. 11-13, niet weggenomen. Zonder in eenen strijd te vervallen, die hij vermijden wil, kan Rec. dit niet aantoonen. Intusschen is het duidelijk, dat de Heer van den ende zijne proeve van verdeeling als verdeeling of, zoo als hij nu en dan zelve zegt, rangschikking verdedigen wil; hoezeer hij begint met te verklaren, dat hij geene verdeeling heeft willen geven. Eene proeve van verdeeling is eene verdeeling, of Rec. weet niet wàt zij is. Hoe méér moeite de Heer van den ende zich geeft om hare gronden te verdedigen, hoe duidelijker hij aantoont, dat hij ernstig meende eene schets van zoodanig eene verdeeling der visschen te geven, als die naar zijne denkbeelden zou moeten wezen. De bedenking, dat müller en agassix nieuwe denkbeelden omtrent de verdeeling der visschen gegeven hebben, welke bij eene proeve van rangschikking niet zonder invloed mogen blijven (Vad. Letteroef. 1850, bl. 429) is door den Heer van den ende stilzwijgend voorbijgegaan.
No. 2 is eene beantwoording van de bedenking van Rec., dat de Ichthyologische Vereeniging, door bepaald op ééne plaats te vergaderen, minder bijval en ondersteuning moest vinden, dan wanneer zij elk jaar, gelijk de Entomologische en Botanische Vereenigingen, op eene andere plaats bijeenkwam. De Heer van den ende zegt, dat de vestiging der boekerij zulks niet toeliet. Ook is de Vereeniging ter bevordering van Ichthyologie niet te vergelijken met die twee andere Vereenigingen: zij is geene geleerde of wetenschappelijke inrigting, maar eene ‘zuiver weldadige’ bl. 4. Is zij dat, dan is ook de jaarlijksche contributie niet te hoog, bl. 12, 15. De boekerij maakte daarenboven die hooge contributie noodzakelijk, bl. 15. Door eene hooge contributie te vorderen, zouden de leden alleen bestaan uit zulke personen, ‘die door hunnen stand in de maatschappij of door hunne