van den achttienden titel, van het Burgerlijk Wetboek, zal hen op dit punt volkomen kunnen inlichten. Wij gelooven dus, dat de Heer pieterse beter had gedaan, en 't zeker nuttiger zou zijn geweest voor hen ten wier behoeve hij schreef, indien hij, zonder daarom nog ‘een dik boek te maken, 't welk, omdat het omslagtig is, niet gaarne gelezen, of omdat het duur is, niet aangeschaft wordt’, den Voogden en toez. Voogden had aangewezen hoe zij handelen moeten. Voor hen overigens die geen Wetboek bezitten, is dit werkje een geschikte plaatsvervanger. Druk en uitvoering zijn voldoende.