Zedekundig Handboekje van Epictetus. Vertaald en opgehelderd door Dr. D. Burger, jr. Te Amsterdam, bij P.N. van Kampen. 1850. In kl. 8vo. 64 bl. f :-55.
Er is een tijd geweest waarin men, meer welmeenend dan oordeelkundig, het prijs stellen op de zedekundige schriften der ongewijde oudheid onbestaanbaar achtte met eerbied voor de Christelijke of meer algemeen - maar dat onderscheid werd toen weinig begrepen - voor de Bijbelsche zedekunde. Die tijd is voorbij, en men heeft niet alleen de moraal der beste klassieke Schrijvers, onder welke vooral plato uitmunt, beter leeren waarderen, maar zelfs er den gang in opgemerkt, dien de ontwikkeling van wijsgeerige en zedekundige begrippen onder het bestuur der Voorzienigheid genomen heeft tot voorbereiding van het Christendom. Van deze zijde is het een hoogst belangrijk werk, wanneer men de kennis van den inhoud der bedoelde schriften openlegt ook voor diegenen, welke met hunne oorspronkelijke taal niet gemeenzaam genoeg zijn, en lof verdient de Heer burger, dat hij zulks gedaan heeft met het Enchiridion van epictetus, gelijk vroeger met de Republiek van plato. Eene korte Inleiding gaat vooraf over de Grieksche zedekunde, vooral in hare vermeende betrekking tot de bijbelsche, en over epictetus-zelven, van wien als auteur, deze zedekundige stellingen (want dat zijn het, geen geregeld of volledig zamenstel), hoewel door zijnen leerling arrianus geschreven, afkomstig zijn.
Over de vertaling als zoodanig, is het hier minder de plaats, in eene gemotiveerde beoordeeling te treden. Vergelijking hier en daar met het oorspronkelijke heeft ons overtuigd van hare getrouwheid, aan welke zich een zuivere Nederlandsche stijl paart. De aanteekeningen zijn,