ten als zoodanig bekend - de grieven en beschuldigingen tegen het Protestantisme in Nederland, door het Roomsch Katholicisme ingebragt.
Aanleiding daartoe gaf den onderzoeker zoowel de bekende interpellatie van den Heer dommer van poldersvelt, als het vóór eenigen tijd bij den uitgever van het Dagblad de Tijd uitgekomen werkje, getiteld: Mémoire sur la situation des Catholiques dans le Royaume des Pays-Bas, waarin bitter geklaagd wordt over het velerlei onregt, dat diens Schrijvers geloofsgenooten in Nederland altijd geleden en nog te lijden hebben. In fiksche, krachtige taal, op, onzes inziens, degelijken en afdoenden grond weêrlegt de Schrijver van den ‘Strijd’ de meening, dat het Protestantisme bloot een negatief beginsel zou hebben; terwijl hij daarentegen aantoont, dat het Protestantisme zijn oorsprong niet genomen heeft uit twijfelzucht en ontkenning, maar uit innige levendige krachtige zielsövertuiging (bl. 1-8). Zoo toont hij (bl. 9-16) aan, de naauwe betrekking, waarin het Protestantisme tot Nederland staat, en hoe Nederland een Protestantsche Staat is van oorsprong en geschiedenis. De interpellatie van den Heer dommer wordt hierop opzettelijk ter sprake gebragt (bl. 16-22), en aangetoond hoe onbillijk de klagten der Roomsch-Katholijken zijn over de vermeende achterstelling hunner geloofsgenooten, met betrekking tot het begeven van posten en bedieningen. Zoo er al werkelijk eenige achterstelling plaats vond, de oorzaak ligt, naar des Schrijvers meening, daarin, dat - tot dusverre - onder de Roomsch-Katholijken minder keuze was van personen tot het bekleeden van ambten en posten geschikt: dit wordt met statistische opgaven gestaafd. Maar wij kunnen niet voortgaan met de opnoeming van elk der Hoofdstukken in het bijzonder: wij zouden te uitvoerig worden. De laatste Hoofdstukken over ‘Protestantisme en vooruitgang’ (VII), ‘Protestantisme en revolutie’ (VIII),
‘Protestantisme en waarheid’ (IX), ‘Protestantisme en verdraagzaamheid’ (X), ‘Protestantisme en het gebruik van stoffelijke middelen’ (XI) zijn der lezing allezins waardig. Overal is een juist en belangrijk