Het jaar 1848. Geschiedenis van den dag, door Mr. A.W. Engelen. Eerste aflevering. Te Groningen, bij W. van Boekeren. 8148. In gr. 8vo. 147 bl. f 1 - :
Dat de Heer engelen, die met eene fiksche hand de stift der historie weet te voeren, zich er toe gezet heeft, om de geschiedenis van 1848 te beschrijven, zal velen, met ons, genoegen hebben gedaan. Hij put daarbij, volgens zijne verklaring, grootendeels uit authentieke bronnen. In een mannelijken, deftigen stijl verbindt hij naauwkeurigheid met onpartijdigheid, en dat dit niet overal even gemakkelijk is geweest, wie zal het betwijfelen?
Het werk zal in vier afleveringen kompleet zijn. De Schrijver wil het tot een blijvend gedenkteeken doen strekken van de merkwaardige gebeurtenissen, die wij beleven, en meent, dat het ten vervolge kan dienen op alle bestaande algemeene geschiedenissen. Wij zouden het liever noemen: een punt van overgang - helaas! geen rustpunt! - tot eene, zullen wij zeggen: geheel nieuwe geschiedenis?
Mr. engelen opent deze aflevering met eene inleidende beschouwing over Frankrijk en de overige Staten van Europa en hunne Vorsten, tot op den aanvang van het jaar 1848. Hij keert terug tot het begin dezer eeuw; een blik werpende op het herrezen Europa, met zijn' behaalden roem, en zijne uitzigten, die weldra door misslagen en teleurstellingen verdonkerd werden. Hij wijst de bronnen er van aan, in het zondenregister van Vorsten en Volken. Hoezeer wij niets afdingen op hetgeen door den Heer engelen wordt aangevoerd, moeten wij toch opmerken, dat al de verschijnselen voortkwamen uit dieper liggende oorzaken, die wij den Schrijver gaarne hadden zien opsporen. De omwenteling van 1789 was de uitdrukking van een volksleven, uit de verwijdering van het Christelijk godsdienstig element geboren, en zoolang die verwijdering niet wordt weggenomen, zal zij, wat men haar ook door kunstmatige beschaving of door mode-godsdienst in den weg stelle, meer en meer toenemen.
De Revolutie was door napoleon, bij verrassing, gestuit, en de Restauratie was insgelijks eene uitspraak van het staal, dat echter zwijgt zoo ras het in de schede wordt gestoken. Frankrijk begeerde in 1814 noch de Leliën, noch de orleannen. De intriguen van talleyrand overvleugelden Frankrijk,