de Oost-Indische zaken voor het publiek, en zelfs voor de vertegenwoordigers van Nederlands volk, omsluijerd worden gehouden, door het verwekken van achterdocht, nadeelig terugwerkt op de Indische regering, is, naar mijn inzien, de hoofdkwaal, die aan de goede werking van die regering knaagt, de slaafsche ondergeschiktheid van dezelve aan het Ministerie van Koloniën. De oorsprong hiervan is, geloof ik, daarin te zoeken, dat, opvolgend, de Gouverneur-Generaal en Commissaris-Generaal van den bosch en de Gouverneur-Generaal, baud, het Gouvernement alhier voor het Ministerie in Nederland hebben verwisseld, en meester hebben willen blijven, om het beleid van zaken in Indië stiptelijk te doen voortgaan op het door hen aangewezen spoor.’ - Ten opzigte van het schadelijke van dat stelsel wordt betoogd dat ‘de geest, welke naar ontwikkeling of verbetering zoude willen streven, wordt gesmoord onder den druk van vormen en formulieren, terwijl aan de beschikking van den vrijen wil, of liever aan het gezond oordeel niets wordt overgelaten; zelfs dáár; waar eene tijdige afwijking van het slaafsche pad zigtbaar tot gunstige uitkomsten leiden, of soms tot behoud strekken zoude.’
De Schrijver vordert, dat die slaafsche afhankelijkheid, zoo als hij het noemt, worde vervangen door meerdere vrijheid van handelen, en het volgen van eigen oordeel naar tijd en omstandigheden; maar: onder verband van ‘volledige verantwoording, van alle handelingen der Indische regering, open te leggen en te staven, waar zulks gevorderd zal worden, met de originele documenten.’
Wij verbeelden ons, dat het velen zal gaan, gelijk het ons is gegaan: men zal in dit vlugschrift meer en veel anders vinden, dan men volgens den titel verwacht had. Nog andere punten worden er in behandeld of aangestipt, zoo als het muntstelsel, de openbare verkoop van een gedeelte der gouvernementsproducten in Nederlands Indië enz.; terwijl bovendien de hoofdpunten worden opgegeven, welke dienen in acht genomen te worden, bij het maken eener nieuwe instructie voor den Gouverneur-Generaal, en op het beleid der Indische Regering. Het boeksken is belangrijk in de hoogste mate, en houdt, tot het einde toe, de belangstelling levendig. Onbekrompenheid en wijsheid van inzigt spreken er uit, met warmte en nadruk. Wij bevelen het allen, die op het beleid der Indische aangelegenheden invloed kunnen hebben, ernstig ter overweging aan.