De eenzame op de Johannes-rots. Een kust-roman van E. Flygare-Carlèn, Schrijfster van het ‘Fideicommis, de Overburen’ enz. In het Nederduitsch overgebragt. IV Deelen. Te Nieuwe-Diep, bij C. Bakker, Bz. 1848. In gr. 8vo. 1276 bl. f 12-25.
Een nacht aan 't Bullar-meer, regtstreeks uit het Zweedsch van E. Flygare-Carlèn. III Deelen. Te Amsterdam, bij J.M.E. Meijer. 1848. In gr. 8vo. IV en 1220 bl. f 11-75.
Twee romans, beide van tamelijken omvang, gevloeid uit de vruchtbare maar ook verdienstelijke pen van e.f. carlèn liggen ter aankondiging voor ons; beide dragen de blijken van het reeds gunstig bekende talent der Zweedsche Schrijfster, om het tooneel op hetwelk hare handelende personen zich bewegen, en het karakter van hare landgenooten, en het huiselijk en maatschappelijk leven der verschillende standen met ware en levendige kleuren voor te stellen.
De eenzame op de Johannes-rots behelst de geschiedenis van een Zweedsch gezin, hetwelk schuilplaats vindt op eene rots aan de kust der Zweedsche provincie Bohüs en welks ongelukkig lot eerst verzoend wordt door den zoon, dien wij aan het einde van het verhaal als een gelukkig echtgenoot verlaten. Een geheel daarvan verschillenden afloop heeft het verhaal van Een nacht aan 't Bullar-meer. De dweeperij, welke in Zweden onder den naam van die der Lezers bekend en eene soort van piëtismus is, die menigwerf begint met den geest, maar eindigt met den vleesche, die misbruikt wordt door huichelaars om vrome, maar onbedachtzame gemoederen tot het bereiken van verfoeijelijke oogmerken te misbruiken, wordt hier van hare afzigtelijkste zijde voorgesteld. Zoo de Schrijfster niet overdrijft, hetgeen wij niet gelooven, is de dweeperij in Zweden tot eene hoogte geklommen, van welke wij hier te lande, Gode zij dank! geen denkbeeld hebben. In ieder geval echter vindt de lezer hier eene doelmatige en op menschenkennis gegronde waarschuwing tegen de gevolgen van geestdrift; zelfs van geestdrift voor het goede, wanneer zij niet blijft in de breidels van het gezonde verstand, en daardoor al ligt in wilde geestdrijverij ontaart. De dweeper justus van carleborg vermoordt zijn' broeder en ééne der beide te gelijker tijd door hem beminde vrouwen, en vervoert de andere tot zelfmoord: alles met het oog naar den hemel en met den naam van God op de lippen!
Beide deze romans leveren door hunne afwisselende tooneelen en levendig voorgestelde gebeurtenissen eene onderhoudende lektuur op en handhaven ook door hunne heilzame strekking den roem der begaafde Schrijfster.