hebben dan ook geene belangrijke aanmerkingen op het plan van het werk, behalve alleen deze, dat wij bij onze meening blijven, dat in een geneeskundig Jaarboekje ook datgene behoort opgenomen te worden, wat tot de veeärtsenijkunde betrekking heeft. Wij hebben deze meening reeds in onze aankondiging van den eersten jaargang geuit; in het voorberigt van dezen tweeden jaargang beantwoordt de Redacteur deze onze aanmerking met de volgende woorden: ‘De reden, waarom ik het gebied der veeartsenijkunde voortdurend geheel en al uit dit werk heb uitgesloten, ligt eenvoudig in de bepaalde strekking van dezen arbeid.’ Recensent wil aan den Redacteur zijne individuële meening niet opdringen, maar hij neemt de vrijheid, hem te vragen, of het consequent gehandeld is, om, bij geheele uitsluiting van de veeartsenijkunde in het statistische gedeelte, de prijsvraag over de besmettelijke longziekte van het rundvee, door de Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen te Haarlem in 1847 uitgeschreven, in haar geheel op te nemen (p. 416 sq.)? Mogt de Redacteur hierop welligt antwoorden, dat die vraag ook voor de medicina politica van belang is, dan zouden wij hem hierop te gemoet voeren, dat het juist dit ingrijpen in de medicina politica is, welke aan de veeartsenijkunde regt geeft, in een statistisch-geneeskundig Jaarboekje vermeld te worden. In de jaarboeken der geneeskundige wetenschap wordt aan haar evenzeer als aan de speciale pathologie en therapie eene plaats ingeruimd, waarvoor wij canstatt's en eisenmann's Jahresbericht als getuige willen aanvoeren; en zij verdient die plaats allezins, wegens de diensten, welke zij heeft bewezen aan de physiologie en pathologie van het menschelijk ligchaam. In allen gevalle gelooven wij, dat in het geneeskundig Jaarboekje de vermelding van het veeartsenijkundig personeel eerder had moeten geschieden, dan de opname
van de biographische aanteekening omtrent Prof. van limburg brouwer (p. 186), wiens verdiensten omtrent de letterkunde uitstekend geweest zijn, maar die zelf wel de allerminste aanspraak zoude gemaakt hebben, om als geneeskundige in een geneeskundig Jaarboekje van 1847