Huiselijke uitgaven der koningin van Grootbrittanje.
De volgende rekening van uitgaven der koninklijke huishouding in Engeland, over het jaar 1846, zal aan staatsoeconomen en het publiek in het algemeen, maar vooral aan huishoudelijke dames misschien niet onbelangrijk voorkomen: Brood, 2050 pond sterling; boter, kaas en eijeren, 4976; melk en room, 1478; vleesch, 9472; gevogelte, 3633; visch, 1970; specerijen en kruidenierswaren, 4644; olie, enz. 1793; fruiten en suikerwerk, 1741; groenten, 487; wijn, 4850; likeuren, enz. 1843; ale en porter, 2811; waskaarsen, 1977; vetkaarsen, 679; lampen, 4166; hout en kolen, 6849; papier, couranten, schrijfbehoeften, enz. 824; draaijerswerk, 376; kopergoed, 890; porselein, glas enz. 1328; lijnwaad, 1085; linnen en tafelgoed, 3130; zilver, 500 pond. In alles eene som van 63,546 pond sterling, of f 762,552 Nederlandsch.