De kleine Bijbelsche Historievragen. Een Vraagboekje voor jonge Kinderen. Door C.E. van Koetsveld, Predikant te Schoonhoven. Te Arnhem, bij Is. An. Nijhoff. 1847. In kl. 8vo. 89 bl. f :-12[.].
In veertig lesjes met zeer korte antwoorden behandelt dit boekje de Bijbelsche geschiedenis. Het moet dienen tot voorlooper van het bekende van van den berg. Dit laatste heeft in zijn' tijd uitstekend veel nut gedaan. Of het daarom doelmatig zij, het nu nog boven andere later uitgegevene zoo ver te stellen, dat men er het geheele onderrigt in de geschiedenis des Bijbels om heen beweegt, is eene andere vraag, die niet door allen gaaf zal worden toegestemd. Wat den vorm aangaat, verklaart zich de Schrijver tegen de tegenwoordig meest gebruikelijke inrigting, dat ieder antwoord ook onafhankelijk van de vraag eenen volledigen zin oplevere. Er is voor en tegen: ieders ondervinding beslisse de keus. Onbepaalder keuren wij af de begeerte, om een allereerste vraagboekje tot eene volledige Bijbelsche geschiedenis te maken, en er de hoofdzaak van de Christelijke leer in op te nemen, ‘naauw met de geschiedenis verbonden, of in gelijkenissen ingekleed.’ En wat de volledigheid betreft: er zijn vele geschiedenissen in den Bijbel, die beter bewaard worden tot later' leeftijd en een opvolgend leerboekje. Men neme die van job, jeftha's dochter, simson, david en bathseba, de meeste Koningen van Israël en Juda, jona. Naar onze wijze van zien ligt het trapswijze van de leerboekjes niet in het gedurig grooter worden van het getal en den inhoud der van buiten te leeren antwoorden, maar in het opnemen van hetgeen vroeger was voorbijgegaan, waarbij men dan telkens meer vindt, om als bekend te onderstellen, en daardoor meer tijd overhoudt, om andere geschiedenissen, nu meer geschikt, te behandelen, en op den zamenhang van