publiek in dezen te moeten verklaren. Hiertoe ziet hij evenwel geene reden, daar de strekking van het werkje zeer prijselijk is, en de Schrijver te velde trekt tegen eene zorgeloosheid, welke bij maar al te velen bestaat, wier gezigtsvermogen op de eene of andere wijze is verminderd. Dat het werkje geene groote wetenschappelijke waarde bezit, kan niemand bevreemden, die bedenkt, dat het niet voor zaakkundigen, maar bepaaldelijk voor leeken is geschreven, voor welke eene oppervlakkige beschouwing toereikend was. Zij, die met de vroegere geschriften van den Heer mensert bekend zijn, zullen er zich niet over verwonderen, wanneer zij ook hier eene zekere wijdloopigheid aantreffen, waarvan noch de opdragt, noch de beide voorredenen, noch ook de eerste hoofdstukken zijn vrij te pleiten. Hij heeft eenige stokpaardjes, (zooals zijne grieven tegen de rondreizende operateurs, zijne verdediging van het uitoefenen van specialiteiten) welke hij bij elke gelegenheid van nieuws optuigt, zonder dat men juist altijd begrijpt, hoe het komt, dat men ze hier al wederom aantreft. Die hobbyhorses worden ook in dit werkje nu en dan van stal gehaald en er wordt vrij wat mede rondgereden. Maar over het geheel hechten wij aan des Schrijvers raadgevingen omtrent de brillen volgaarne ons zegel, en achten het wenschelijk, dat zij meer algemeen wierden opgevolgd; en het is dan ook hierom, dat wij zijn werkje aan al degenen, die om de eene of andere reden eenen bril meenen te moeten dragen, gaarne aanbevelen. De prijs is matig gesteld.