over het aangaan van den koop wilde beraadslagen. De Afghan ging heen en kwam, waarschijnlijk voor verraad beducht, niet weder.
Na gehouden raad met zijne broeders poogde schafras zijnen Afghan weder te vinden, maar al zijne moeite was vruchteloos; de man met de diamanten had, zoo 't scheen, Bassora verlaten. Evenwel het toeval bragt hen te Bagdad weder bijeen; hier werd de Armeniër het met den verkooper eens en kocht hem voor 50,000 piasters al zijne steenen af. Schafras en zijne broeders begrepen nu, dat het volstrekt noodig was, omtrent dit voorval het diepste stilzwijgen in acht te nemen; daarenboven oordeelden zij, om alle verdenking af te wenden en hunne uitgebreide handelsbetrekkingen te kunnen afsluiten, nog een tijdlang te Bassora te moeten vertoeven. Eerst na twaalf jaren ondernam gregoor schafras met de grootsten zijner edelgesteenten, welke hij zorgvuldig verborgen gehouden had, eene reis naar Europa, en kwam op dezelve te Amsterdam, waar hij de juweelen te koop bood. Onder degenen, die op den koop belust waren, bevonden zich ook eenige leden van het Britsche ministerie; doch het Russische hof verlangde, dat de groote diamant naar Petersburg gebragt mogt worden, en beloofde, den eigenaar, ingeval de koop niet tot stand mogt komen, eene zekere som voor reiskosten te vergoeden. De toenmalige Minister van buitenlandsche zaken, Graaf panin, bood hem, door tusschenkomst van schafras' landsman, den hofjuwelier lasares, boven en behalve den door hem gevorderden adelsrang, een pensioen, gedurende zijn leven, van 6,000 roebels, en 500,000 roebels in contanten, met belofte, dat 100,000 roebels daarvan hem terstond uitbetaald zouden worden en het overige, in bepaalde termijnen, binnen een tijdsverloop van tien jaren. Maar schafras vorderde nog daarenboven adelsrang voor zijne broeders, benevens eene menigte
andere voordeelen en privilegiën, en bleef zoo hardnekkig op deze zijne eischen staan, dat men hem den steen moest teruggeven.
Nu bevond zich echter de Armeniër in geene geringe verlegenheid. Hij had veel geld uitgegeven, moest aan zijne schuldeischers hoogen interest betalen, en was zonder uitzigt om zijn kleinood met voordeel aan den man te brengen. Zijne makelaars lieten hem om hun eigen voordeels wille in onzekerheid, en, om het steeds dringender manen